tag:blogger.com,1999:blog-65012103419298846232024-03-06T01:37:53.471+01:00HistLit-nlEen blog over literatuur, geschiedenis en cultuur door Johan Oosterman. Hoogleraar Oudere Nederlandse Letterkunde aan de Radboud Universiteit.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.comBlogger38125tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-31385621888095142532021-02-12T22:26:00.002+01:002021-02-12T22:27:07.422+01:00Liedjes uit Mariënborn<p> </p><p>Het klooster Mariënborn nabij Arnhem is bekend als de plaats waar kopiist Helmich die Lewe het gebedenboek van Maria van Gelre schreef. Hij voltooide zijn werk op 23 februari 1415. In datzelfde klooster bevond zich toen een handschrift met allerlei teksten in het Latijn en in de volkstaal: devote teksten, historische teksten zoals een dodenklacht op graaf Gwijde van Blois (+1396), een lofdicht op de Hollandse graaf Albrecht van Beieren (1358-1404) en twee lofdichten op de stad Middelburg. Temidden van deze teksten staan ook drie liedjes: een devoot loflied tot Jezus, een geestelijk drinklied en een liefdeslied. Loflied en liefdeslied zijn beide een virelai-ballade, een liedvorm bestaande uit drie strofen en een refrein, dat vaak al aan het begin wordt gezongen. Deze vorm vindt zijn oorsprong en grootste populariteit in het Nederrijngebied.</p><p>Het geestelijke drinklied is een contrafact: een lied dat geschreven is naar het voorbeeld en op de melodie van een bestaand lied. Het voorbeeld voor dit drinklied is een wereldlijk drinklied, afkomstig uit het Brugse Gruuthusehandschrift, met liederen die tussen 1390 en 1410 zijn geschreven. De liederen zijn alleen uit dit handschrift bekend en hebben buiten Brugge geen bekendheid gehad. Wel zijn er twee contrafacten en het liedje uit Mariënborn is daarvan veruit het vroegst. Het dateert uit dezelfde tijd als het Gruuthusehandschrift en moet dus heel snel de afstand tussen Brugge en Arnhem hebben overbrugd. Hoe dit heeft plaatsgevonden, is onzeker. Dick de Boer, die dertig jaar geleden over dit handschrift publiceerde, vermoedde dat Jan van Blois, oudere broer van Gwijde, mogelijk een rol heeft gespeeld. Jan van Blois speelde een rol in de Gelderse opvolgingsstrijd en trouwde in 1372 met Mechteld van Gelre. Maar Jan overleed al in 1382 toen er nog geen sprake was van dat Brugse drinklied.</p><p>Zoeken naar verbindingen tussen Brugge en Arnhem is op zichzelf niet zo moeilijk. Talrijke reizigers en handelaren deden op hun reizen beide steden aan. Maar is te verwachten dat zij een liedje meebrengen dat vervolgens in een klooster terechtkomt? Aan mogelijke connecties wil ik er twee toevoegen, en al zijn zij hypothetisch, het is de moeite waard mogelijkheden af te wegen. Beide beginnen bij de dichter van het lied, Jan van Hulst. Hij moet ergens tussen 1350 en 1370 in Brugge geboren zijn en in 1428 was hij nog in leven. Hij was dichter, theatermaker en organisator van festiviteiten en betrokken bij de oprichting van de eerste Brugse rederijkerskamer. Hij was een man van aanzien en er zijn goede redenen om aan te nemen dat hij lid was van de Fratres ad succurendum, een elitaire Brugse broederschap, waarvan ook Jean, de hertog van Berry lid was. Of Jan van Hulst en de hertog van Berry elkaar ooit ontmoet hebben, is onbekend en daarmee wordt ook de aantrekkelijke gedachte dat Jan van Hulst de gebroeders Van Lymborch ontmoet kan hebben wel erg hypothetisch. Het liedje zou een omweg via Frankrijk gemaakt kunnen hebben, om tijdens een van de regelmatige bezoeken van de Nijmeegse broers aan hun geboortestad in Gelre terecht te komen. Jan van Hulst is dichter in de buurt van Arnhem geweest. Op 6 januari 1423 bezocht Jan van Huls 's-Hertogenbosch samen met vier andere Bruggelingen. Ze werden ontvangen door de <span style="font-family: "Times New Roman", serif; font-size: 12pt;">Illustre Lieve Vrouwe broederschap en werden onthaald op een maaltijd. Tijdens deze bijeenkomst ontvingen de Brugse gasten een onderscheiding die normaal gesproken alleen was weggelegd door leden van de Bossche broederschap. Jan van Hulst en zijn reisgenoten ontvingen een heel bijzonder eerbetoon. Was dit vanwege al langer bestaande contacten tussen de Bossche broederschap en de Brugse broederschap van de Droge Boom? Twee kanttekeningen zijn hier nodig: In januari 1423 was het handschrift met liedjes al voltooid (ook al zijn de liederen later toegevoegd) en </span>'s-Hertogenbosch was nog geen Arnhem. Hoe een Brugs liedje dat alleen in de directe omgeving van Jan van Hulst bekend was, tamelijk snel terecht kwam in het Windesheimse klooster Mariënborn blijft een vraag die nauwelijks met zekerheid te beantwoorden is.</p><p>Het derde liedje uit Mariënborn is als enige van de drie voorzien van muzieknotatie. Het is een liefdesliedje, oorspronkelijk geschreven in het Latijn en meteen voorzien van een vertaling in de taal van de Nederrijn. Frank Willaert heeft het lastige liedje ontcijferd, vertaald en een plaats gegeven temidden van de rijke liedcultuur in het Nederrijngebied. Het lijkt pas gedicht te zijn toen het in dit boekje werd opgeschreven: een liefdeslied dat je eerder in een hoofse omgeving verwacht dan in een klooster. Maar dat klooster had nauwe contacten met het Gelderse hof en het lag bovendien maar acht kilometer van Rosendael, een van de geliefde residenties van hertog Reinald IV en hertogin Maria. Hertog en hertogin hadden steun geboden bij de bouw van Mariënborn en een van de kanunniken heeft jaren gespendeerd aan het schrijven van een gebedenboek voor hertogin Maria die van liederen moet hebben gehouden. Een zanger en luitspeler maakten deel uit van haar hofhouding. Geen liedje brengt ons dichter bij het hof dan juist dit minnelied, een virelai-ballade, een lied uit de streek. Het is bewaard met muzieknoten en het valt dus te beluisteren. Ita Hijmans van het ensemble Aventure heeft van de noten een de melodie gemaakt en Christopher Kale zingt het prachtig. Ruim twee jaar geleden was het te horen op de tentoonstelling <i>Ik, Maria van Gelre</i> en nu staat het online.</p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><iframe allowfullscreen='allowfullscreen' webkitallowfullscreen='webkitallowfullscreen' mozallowfullscreen='mozallowfullscreen' width='320' height='266' src='https://www.blogger.com/video.g?token=AD6v5dxnUfPDStvC67oXzIrIvkq1afNT__UdIik1249WtxAqHap3_A1s7J5nq8BDW6HGHDal9kE6N46Gql2gOywCTA' class='b-hbp-video b-uploaded' frameborder='0'></iframe></div><br /><p></p><p><br /></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-18566041628648043552020-08-28T23:57:00.002+02:002020-08-29T09:28:50.326+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Doesburg, 12 juli<p><span style="font-family: trebuchet;">Als ik aan Doesburg denk, denk ik aan een liedje, of eigenlijk aan een dienstmeid die een liedje over de liefde zong ergens op een binnenplaats of in een tuin. Maar toen ik op 12 juli de stad aan de IJssel binnenreed, was dat liedje nergens te horen en kwam ik geen spoor tegen dat herinnert aan een van de treffendste anekdotes uit de geschiedenis van het Nederlandse lied.</span></p><p><span style="font-family: trebuchet;">Nee, wie Doesburg binnenkomt, wordt ontvangen in een levendige, piekfijn gerestaureerde historische stad, een Hanzestad. Meer nog dan Zutphen presenteert Doesburg zich als Hanzestad. Wie de website van de gemeente bekijkt of die van de VVV Doesburg leest overal de vaste combinatie ‘Hanzestad Doesburg’. Toch was het niet de belangrijkste Hanzestad aan de IJssel of in Gelre. Bovendien is er over Doesburg in de late middeleeuwen, de tijd van de Hanze, veel meer te vertellen. Over dat liedje bij voorbeeld.</span></p><p></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhZ981CKxxJpixYmF8A8l5cMTduhdbbhO6PvEGnXVbBFVZXLb0D6CopYV7-NbRcIK4kkExWDMnMQqxHYvLtJZpMBLc5xVqIiJh3JYtRCO3kSvrxodzt1KUhEWIfMvoZA35wZiUzEJ5zDOC_/s2048/IMG_6061.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhZ981CKxxJpixYmF8A8l5cMTduhdbbhO6PvEGnXVbBFVZXLb0D6CopYV7-NbRcIK4kkExWDMnMQqxHYvLtJZpMBLc5xVqIiJh3JYtRCO3kSvrxodzt1KUhEWIfMvoZA35wZiUzEJ5zDOC_/w400-h300/IMG_6061.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">De Maartenskerk van Doesburg vanaf de overzijde van de IJssel</td></tr></tbody></table><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Doesburg had in de tijd van het Hertogdom minder dan 2000 inwoners, maar was in het kwartier van Zutphen de tweede stad, omvangrijker en ook rijker dan Doetinchem, Groenlo en Lochem. Naast al die handelaren die de stad bevolkten, was het ook een stad vol religieuzen. Er waren verschillende kloosters waarover we bovendien wel een en ander weten. Van het gasthuis, eveneens een religieuze instelling, zijn niet alleen de kapel en enkele gebouwen bewaard, maar ook twee gasthuisboeken die een mooi inkijkje geven in een zorginstelling uit het verleden.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjUdtQ_VEWBOBlINilHAsP8ULRx9WbjGOXauefRdFJmB_i2jf13qtlazWbW_cFM8FyxlT4EkaRISAykmukOsr0iORav_q-Gtkg170QlapD0D16VZEeYlwa2IgX3SQmGX1EVZBPA8Hcxs0sF/s2048/IMG_6073.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1487" data-original-width="2048" height="291" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjUdtQ_VEWBOBlINilHAsP8ULRx9WbjGOXauefRdFJmB_i2jf13qtlazWbW_cFM8FyxlT4EkaRISAykmukOsr0iORav_q-Gtkg170QlapD0D16VZEeYlwa2IgX3SQmGX1EVZBPA8Hcxs0sF/w400-h291/IMG_6073.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Gasthuis<br /></td></tr></tbody></table><br /><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Het Arsenaal, waar nu een restaurant is gevestigd, had, zoals de naam al duidelijk maakt, lange tijd een militaire functie. Oorspronkelijk was het onderdeel van het Grote Convent, een tertiarissenklooster, ooit begonnen als Begijnhof. Het archief van dit klooster geeft een goed beeld van het leven in een vrouwengemeenschap in de late middeleeuwen. Door een min of mee toevallig bewaarde boekenlijst weten we ook wat de zusters lazen. Hun bibliotheek bestond rond 1580 uit 66 boeken. Veel daarvan zullen al meer dan een eeuw oud zijn geweest. De lijst bevat alles wat je in een vrouwenklooster verwacht: bijbels, gebedenboeken, heiligenlevens, de kloosterregel van Augustinus, preken, een missaal en als nummer 66 ‘dat boeck van der geestelik jacht’. Van al deze boeken is er geen enkele bewaard gebleven. Alleen al dit ene voorbeeld laat zien hoe dramatisch weinig er over is uit de middeleeuwen. En met dat weinige proberen we een beeld te krijgen van dat verre verleden. Des te verrassender zijn die heel gedetailleerde berichten die de mensen van toen soms heel dichtbij brengen.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">In 1423 was Dirc van Herxen in Doesburg. Hij was een van de voormannen van de Moderne Devotie en rector van een Latijnse school in Zwolle. Waarschijnlijk verbleef hij in het fraterhuis, toen nog gevestigd in de Veerpoortstraat. Hij hoorde een meisje zingen, en wat zij zong was een ‘carmen vanum theutonicale’, een wereldlijk liedje in het Nederlands. Het was een aantrekkelijk liedje maar met een ongepaste inhoud. Een liedje over liefde zal het wel geweest zijn. Dirc was verontwaardigd en realiseerde zich dat de schooljongens dit lied makkelijk zouden overnemen. Hij schreef daarom een nieuwe vrome tekst op de melodie die zo prettig in het gehoor lag. Dat nieuwe lied, geschreven in het Latijn, was meteen een succes en op aandringen van de zusters en de meisjes, vertaalde pater Dirc het liedje in het Nederlands: ‘Mi lust te loven hoghentlijc / die reynicheit so pure’. Het frivole liedje dat het meisje zong is niet bewaard gebleven, het vrome liedje is tamelijk bekend geworden. De missie van Dirc van Herxen was geslaagd.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Hij bezorgde Doesburg een van de zeldzame liedjes uit die tijd waarvan we weten wie het geschreven heeft, waar het gemaakt is en zelfs hoe het geklonken heeft. De melodie is opgetekend in een handschrift uit de late vijftiende dat nu in Berlijn bewaard wordt.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjw-XsRCk7915Oc_LkNNTdrMwh-50cXTQbQ-kJGSLU2uAZWYy4DjzAeKfKNQnkHdFJVpH13hhcWv63XlaiBGBzYJC5-D8EkyZfbUKpfFAlyYz9mTWiBlctY6-oQvMKeMGdMtIZ0lEaM52pp/s1582/HsBeSPKmgo190_108.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1000" data-original-width="1582" height="253" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjw-XsRCk7915Oc_LkNNTdrMwh-50cXTQbQ-kJGSLU2uAZWYy4DjzAeKfKNQnkHdFJVpH13hhcWv63XlaiBGBzYJC5-D8EkyZfbUKpfFAlyYz9mTWiBlctY6-oQvMKeMGdMtIZ0lEaM52pp/w400-h253/HsBeSPKmgo190_108.jpg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Berlijn SBB-PK mgo 190. Op de rechterpagina het begin van 'Mi lust te loven'</td></tr></tbody></table><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">1423 was niet alleen het jaar waarin dit aangename liedje klonk, het was ook een jaar vol rumoer. Op 25 juni overleed hertog Reinald IV bij Terlet, terwijl hij onderweg was van Hattem naar Rosendael. Gelre zat zonder hertog en omdat het huwelijk van Reinald met Maria kinderloos was gebleven, was er geen wettige erfgenaam. Het nieuws verspreidde zich razendsnel en binnen een halve dag bereikte het ook Doesburg. Er dreigde even een strijd om de opvolging en de stad nam meteen maatregelen. Maes Scriver, waarschijnlijk een aannemer, kreeg betaald ‘vor holt ende planken opten poirten do hertoch Reynalt sterff’: de poorten werden geblokkeerd door ze dicht te timmeren. De meeste steden wilden Arnold van Egmond als hun nieuwe hertog, maar de Duitse keizer gaf de voorkeur aan een andere kandidaat. Snel optreden leidde ertoe dat de steden aan het langste eind trokken. De stadsrekeningen van Doesburg, goed bewaard voor het eerste kwart van de vijftiende eeuw, laten zien wat er gebeurde.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiPFyNu5B_pnw6r099dvHY4wX24gLxNuGanDqBHm1_rgwWQhhvOhIVQYSmkBH6qYLf3AREmKG8HocCVxmXDq-5bPdwT4-obYXD7USMhRwXxr9BjCR_ZhF6E4cKjn_ndx2OJnhqE1gCemPWJ/s2048/IMG_6075.jpeg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiPFyNu5B_pnw6r099dvHY4wX24gLxNuGanDqBHm1_rgwWQhhvOhIVQYSmkBH6qYLf3AREmKG8HocCVxmXDq-5bPdwT4-obYXD7USMhRwXxr9BjCR_ZhF6E4cKjn_ndx2OJnhqE1gCemPWJ/w400-h300/IMG_6075.jpeg" width="400" /></a></div><br /><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Later in die zomer maakte de nieuwe hertog een rondgang langs zijn steden en hij deed ook Doesburg aan. Hij werd er feestelijk onthaald. Er was wijn in overvloed en hij kreeg vier zalmen als geschenk.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Doesburg is vol verhalen uit de tijd van het Hertogdom. Toch zijn ze vaak maar weinig bekend. De stadsrekeningen worden veel minder gebruikt dan ze verdienen en de archieven van al die kloosters wachten deels nog op onderzoek. En ik vraag me af hoe lang het geleden is dat dat mooie liedje er voor het laatst weerklonk. Misschien moet ik binnenkort weer eens terug, en dan op zoek in de Veerpoortstraat naar de plaats waar Dirc van Herxen zijn liedje schreef. En dan zingen: ‘Mi lust te loven hoghentlijc’.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><span style="font-family: trebuchet;"> </span></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><span style="font-family: trebuchet;"> </span></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Over het Grote Convent en de bibliotheek: Antheun Janse, ‘Het religieuze leven in het Grote convent te Doesburg’, <i>Ons Geestelijk Erf</i> 74 (2001), 84-104.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">De passage over Dirc van Herxen en het liedje dat hij schreef staat in: A.M.J. van Buuren, ‘‘Soe wie dit liedtkyn sinct of leest’. De functie van de Laatmiddelnederlandse geestelijke lyriek’, in: F. Willaert e.a., <i>Een zoet akkoord. Middeleeuwse lyriek in de Lage Landen</i>. Amsterdam, 1992, 234-254 en 399-404. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen 7.</span><span face=""><o:p></o:p></span></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-11440898365317764692020-08-14T23:54:00.006+02:002021-05-12T13:11:50.218+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Tiel, 29 juni<p><span style="font-family: trebuchet;">Tiel was voor mij de stad van Flipje, de stad die in het voorjaar omringd was door boomgaarden in bloei. Tiel was hoofdstad van de Betuwe, maar het was meer beeld dan werkelijkheid. Of ik er ooit geweest ben voor ik verhuisde naar Gelderland, weet ik niet. De laatste jaren vulde het beeld van Tiel zich steeds meer in, en op 21 maart van dit jaar zou daar zonder twijfel een dimensie bij zijn gekomen tijdens het symposium over de Betuwe in oorlogstijd. Het was een van de eerste activiteiten in mijn agenda waar half maart een streep door ging. Hopelijk gaat het volgend jaar alsnog door. Het relatief onbekende verhaal over de Betuwe in de oorlog is er belangrijk genoeg voor.</span></p><p></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhd1slrwE9XzAUVRixzNGQC7l-Vwmu-UtAbV1cpVxh6bjM-9EMAhx-yaU34KEEsoq5N2TMMhERLxhb4cxhEUP-QwK9CYW7kwZV35TPMIJIO44eq3NedI0lN1o5B8uXZTXRvwozicFa5_G0N/s1200/Kerk_vanuit_het_zuid-oosten_-_Tiel_-_20208768_-_RCE-2.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="935" data-original-width="1200" height="312" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhd1slrwE9XzAUVRixzNGQC7l-Vwmu-UtAbV1cpVxh6bjM-9EMAhx-yaU34KEEsoq5N2TMMhERLxhb4cxhEUP-QwK9CYW7kwZV35TPMIJIO44eq3NedI0lN1o5B8uXZTXRvwozicFa5_G0N/w400-h312/Kerk_vanuit_het_zuid-oosten_-_Tiel_-_20208768_-_RCE-2.jpg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Maartenskerk Tiel, April 1952. Foto: G.Th Delemarre. Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed</td></tr></tbody></table><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Tiel is zwaargehavend uit de Tweede Wereldoorlog gekomen. In de laatste oorlogswinter, toen het front stil was komen te liggen door het rivierenland en in Limburg werd Tiel, waar Duitse troepen zich hadden samengetrokken, hevig beschoten door de geallieerden. De meeste bewoners waren geëvacueerd, de Betuwe was geïnundeerd. Hooguit vier huizen waren ongeschonden. ‘De aanblik van de stad is troosteloos’, schreef Tielenaar Gerrit Bouwhuis in zijn dagboek.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Ook de trotse middeleeuwse gebouwen die de stad rijk was, waren verwoest. Van de Sint Maartenskerk was weinig meer over, en de gotische Caeciliakapel, restant van wat eens een omvangrijk klooster was, zag er bouwvallig uit. Wat er nu nog van middeleeuws Tiel over is, bestaat grotendeels uit reconstructies van na de Oorlog.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhF3CQ4lUm1twl4zyqOTkDuHBPsLEeeyatO36DLiJU_vdbBVlp-z94AC-0j0s8xSI1XgpSobNpsVr5lj1luyeBJ5rrfifsGAUP5MpAXSwwA4165ieLLrIrCzr4x-lv3W7U7vQMOhUAsBiDO/s2048/IMG_5985.jpeg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="1719" data-original-width="2048" height="336" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhF3CQ4lUm1twl4zyqOTkDuHBPsLEeeyatO36DLiJU_vdbBVlp-z94AC-0j0s8xSI1XgpSobNpsVr5lj1luyeBJ5rrfifsGAUP5MpAXSwwA4165ieLLrIrCzr4x-lv3W7U7vQMOhUAsBiDO/w400-h336/IMG_5985.jpeg" width="400" /></a></div><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Maar al mankeert het aan gebouwen, middeleeuws verleden heeft Tiel genoeg: als stad moet het al zijn ontstaan in de negende eeuw. Het is daarmee een van de oudste steden van Nederland. Al vroeg ontwikkelde de stad zich als belangrijke handelsstad: de neergang van Dorestad rond 850 leidde de bloeiperiode van Tiel in. Vanaf 892 verkreeg de stad tolrecht. Dit luidde eeuwen van grote economische bloei in. De stad was de voornaamste handelsstad in het rivierengebied en al in de dertiende maakte het deel uit van het Hanzenetwerk.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Komend uit Zaltbommel naderde ik Tiel over de Waaldijk. Door smalle straten probeerde ik mijn weg door het centrum te vinden. De herinneringen aan de tijd van het hertogdom lijken zorgvuldig verborgen. Maar in mijn hoofd klonken de woorden van een Tielenaar die in het midden van de vijftiende eeuw een omvangrijke tekst heeft neergepend: het <i>Chronicon Tielense</i>, ofwel de <i>Tielse Kroniek</i>. De Tielse kroniek is het laatste deel van een omvangrijke wereldkroniek, geschreven in het Latijn. De anonieme auteur schreef het werk in het midden van de vijftiende eeuw. Via zijn woorden krijgen we een fascinerend beeld van de leefwereld van een geletterde bewoner van de stad. Zijn kroniek is fenomenaal door het uitvoerige en soms heel persoonlijke karakter ervan. <o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjnz-u9aETq5r8_kz_lg1YUHLTCyL-c1442taM9Z-lBvhWOQ0h8Sh_fWO9uuXdTUQVqhbKtpaDy1obFxBF8T3aOkRPSBWgUY63PNzwI4IZQP6EatJyuyPVwLzPKaBgU9id4tX6CjjIg7lP0/s1200/1450_Chronicon_Tielense.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1200" data-original-width="933" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjnz-u9aETq5r8_kz_lg1YUHLTCyL-c1442taM9Z-lBvhWOQ0h8Sh_fWO9uuXdTUQVqhbKtpaDy1obFxBF8T3aOkRPSBWgUY63PNzwI4IZQP6EatJyuyPVwLzPKaBgU9id4tX6CjjIg7lP0/w311-h400/1450_Chronicon_Tielense.jpg" width="311" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Pagina uit het Chronicon Tielense. Tiel, RAR, OAT Inv nr 1870</td></tr></tbody></table><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">In 1425 woonde hij, pasgetrouwd, in Tiel, en trof het lot hem zwaar. Bij een grote stadsbrand op 3 oktober van dat jaar ging de graanvoorraad die hij had aangelegd verloren en ging bovendien zijn pas gebouwde huis in vlammen op. Hij had niets meer aan aardse goederen overgehouden, staat er in zijn kroniek. ‘Maar omdat hij nog jong was’, zo schrijft hij over zichzelf, ‘was hij toen minder beklagenswaardig dan wanneer hem een dergelijk lot was overkomen in de tijd waarin hij dit boek schreef, te weten in het jaar 1450.’<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">De kroniekschrijver verhaalt over gebeurtenissen in de directe omgeving, maar ook over de wat ruimere omgeving: de bloedige opvolgingsoorlog in Gelre krijgt volop zijn aandacht, gebeurtenissen in Holland, Utrecht en Brabant, maar ook natuurrampen die elders in Europa plaatsvonden. Militaire en politieke gebeurtenissen, kerkelijke zaken en ‘vreemde verhalen’: ze komen allemaal aan bod. Zo schrijft hij over een jongen in Tiel die aan de vallende ziekte leed en krankzinnig werd. In 1420 liep hij door de stad en riep: ‘Wee gij, inwoners van Tiel! Het oordeel des Heren is over U afgeroepen, omdat gij niet genoeg geboet hebt voor uw zonden.’ Zijn onheilsprofetie boezemde angst en. Enkele maanden later ging vrijwel de hele stad Tiel in vlammen op, vermeldt de kroniek.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">De Maartenskerk krijgt volop aandacht. Kort na de brand, waarbij de kerk als door een wonder gespaard bleef, wordt de kerk toch ontmanteld en afgebroken om er een nieuwe kerk voor in de plaats te zetten. Zoals gebruikelijk in die tijd duurde de bouw jaren. In 1431 legde kerkmeester Dirk Adamsz. een nieuw fundament voor de toren, maar omdat het onvoldoende stevig bleek moest de toren al weer worden afgebroken voor deze gereed was. Jaren later, in 1440, wordt er opnieuw aan de kerk gebouwd. Het leggen van nieuwe fundamenten, de kwaliteit van de grondlaag, het metselen: de bouw van deze nieuwe toren wordt zo gedetailleerd beschreven dat de kroniekschrijver er op zijn neus bij moet hebben gestaan. Hij was in elk te spreken over het resultaat: ‘Dit stenen gedeelte van de toren [...] ziet er tamelijk kostbaar uit en mag er wezen.’<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">In 1440 moet de auteur in IJzendoorn hebben gewoond, niet ver oostelijk van Tiel. In die jaren, maar ook al eerder, schrijft hij regelmatig over de talrijke overstromingen die de Betuwe treffen. Eind december 1437 probeerden inwoners van IJzendoorn met man en macht de dijk te verstevigen die door ijsgang werd bedreigd. Ook de schrijver is aanwezig: ‘hij stond bijna de gehele dag en nacht tot aan zijn knieën in het water te zwoegen met laarzen aan. Zijn kleren waren bevroren.’<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Ook in januari 1438 stond het water weer extreem hoog. De schrijver vertelt meeslepend over een man die het vege lijf wist te redden door in een wilg te klimmen als de boot waarin hij samen met anderen zit omslaat en met de stroom wordt meegevoerd. ‘Dit alles zag de schrijver van dit boek’, staat er en hij weet te melden dat de man in de wilg de volgende dag gered wordt. Zijn aanwezigheid bij de bedreigde dijken en de reddingsoperaties valt trouwens niet bij iedereen in goede aarde. Nadat hij vertelt dat hij de werkzaamheden met eigen ogen gezien heeft, vervolgt hij: ‘De anderen stuurden hem echter weg en voegde hem toe dat hij op de boot niet van nut kon zijn en maar moest vertrekken om op zijn penneveren te letten.’ Voor een <i>embedded </i>journalist was bij deze watersnood geen plaats.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">De Tielse kroniek, die tegenwoordig weer, na jarenlange afwezigheid, in het Tielse archief bewaard wordt, biedt een levendig beeld van een wereld die ver achter ons ligt. Er al zijn er in Tiel weinig stenen resten uit de tijd van het hertogdom over, verhalen zijn er wel: uit de pen van een man van wie de naam onbekend is, maar over wie we wél weten dat hij soms tot zijn middel in het water stond om te helpen bij het verstevigen van een dijk.<o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgLBNBbo4GsM-F8VzsoxiwSPGooliPt13sJoXO3T3rZJSlkGUJCQ6TCqUCn0-VQSZVH9aJggzGoNKFJyV_E6qV_zPCNYxaGWUxQSOO02t3u_L3JQbqaikhEPTpv1PzMhdsF4RUMqyC2MCI9/s2048/Tiel.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1503" data-original-width="2048" height="294" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgLBNBbo4GsM-F8VzsoxiwSPGooliPt13sJoXO3T3rZJSlkGUJCQ6TCqUCn0-VQSZVH9aJggzGoNKFJyV_E6qV_zPCNYxaGWUxQSOO02t3u_L3JQbqaikhEPTpv1PzMhdsF4RUMqyC2MCI9/w400-h294/Tiel.jpg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Tiel, gezien vanaf de Waal, met links het nieuwe cultuurcentrum Zinder en rechts de toren van de Maartenskerk.<br /></td></tr></tbody></table><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><br /></div><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Vanuit Tiel ging ik verder aan de overzijde van de Waal. Ik nam het veer naar Wamel, voor het eerst met een mondkapje op. En omkijkend zag ik de Waalkade, de toren van de Maartenskerk en Zinder, het glimmende cultuurcentrum uit 2017. </span><span face="calibri, sans-serif"><o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">De Tielse kroniek is toegankelijk in een vertaling: <i>De Tielse kroniek. Een geschiedenis van de Lage Landen van de Volksverhuizingen tot het midden van de vijftiende eeuw, met een vervolg over de jaren 1552-1566</i>. Ingeleid en vertaald door Jan Kuys, Leontien de Leeuw, Valentijn Paquay & Remi van Schaik. Amsterdam: Verloren 1983.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: trebuchet;">Het handschrift van het Chronicon is online beschikbaar via de website van het Regionaal Archief Rivierenland: <a href="https://hdl.handle.net/21.12108/698DE7D284774948A7B62D44B2AC6E2C" target="_blank">https://hdl.handle.net/21.12108/698DE7D284774948A7B62D44B2AC6E2C</a></span></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-91957863929392246092020-07-30T23:40:00.009+02:002020-07-31T11:50:22.845+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Zaltbommel, 29 juni<p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Ik ging naar Bommel en fietste vanuit het oosten over de linker Waaloever de stad tegemoet. Door de enorme slingers die de dijk maakt als je van Rossum via Hurwenen Zaltbommel nadert verschuiven de twee opvallendste herkenningspunten van de stad telkens aan de horizon, en soms liggen brug en kerktoren die steeds dichterbij leken te komen, ineens weer achter je, alsof je al weer wegfietst zonder er te zijn geweest. Het rivierenland met de slingerende dijken omringt de stad. De herkenningspunten zijn niet alleen bakens aan de horizon voor wie Zaltbommel nadert, het zijn ook symbolen waarmee de stad in de Nederlandse literatuur vereeuwigd is.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiEQapwSBxRgfStHpiRieqHhOf3xfL-uuLPLkUSoklexDemHGKsrzqC4WNwkm16TsVJeHxukMDNhRqyT1yTlmZ8_4K4ekJ01gUUe6zncRG04hAJSkYTcZCfeEZTlweu-yjx8-qUlUPySAE/s2048/IMG_5971.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiEQapwSBxRgfStHpiRieqHhOf3xfL-uuLPLkUSoklexDemHGKsrzqC4WNwkm16TsVJeHxukMDNhRqyT1yTlmZ8_4K4ekJ01gUUe6zncRG04hAJSkYTcZCfeEZTlweu-yjx8-qUlUPySAE/w400-h300/IMG_5971.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">De toren van Zaltbommel vanuit het oosten.</td></tr></tbody></table><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Martinus Nijhoff schreef in 1934 het gedicht <i>De moeder de vrouw</i> over ‘de nieuwe brug’ en ‘de twee overzijden die elkaar vroeger schenen te vermijden’ en weer buren werden. Nijhoffs nieuwe brug is ondertussen vervangen door een nog nieuwere brug die Martinus Nijhoffbrug heet. De kerktoren is vereeuwigd in een liedje over een grote watersnood die de stad heeft getroffen: “In de grote stad Zaltbommel / Heerste grote watersnood / En zo menig arme drommel / Die niet zwemmen kon ging dood”. En bij alle rampspoed in de stad verloor de kerk haar torenspits:</span><span style="font-family: calibri, sans-serif;"><o:p></o:p></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><span style="font-family: georgia;"> </span></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt 35.4pt;"><span style="font-family: georgia;">En te midden van die rommel, rommel</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt 35.4pt;"><span style="font-family: georgia;">Dreef de torenspits van Bi-Ba-Bommel</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt 35.4pt;"><span style="font-family: georgia;">En te midden van die rommel, rommel</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt 35.4pt;"><span style="font-family: georgia;">Dreef de torenspits in 't rond</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><span style="font-family: georgia;"> </span></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Het liedje, waarvan allerlei versies bekend zijn, dateert uit het begin van de twintigste eeuw en geeft een verklaring voor het ontbreken van een torenspits op de Bommelse Sint-Maartenskerk.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Het anonieme liedje en het gedicht van Martinus Nijhoff hebben eraan bijgedragen dat de naam van de stad wijd en zijd bekend is.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><span style="font-family: georgia;"> </span></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Zaltbommel is de meest westelijke stad van het hertogdom Gelre. Het is ruim honderd kilometer naar Hattem, de noordelijkste stad, honderd kilometer naar Groenlo, de oostelijkste stad en ook Nieuwstadt, de meest zuidelijk gelegen stad in wat eens het uitgestrekte hertogdom Gelre was, ligt ruim honderd kilometer verder. Door de ligging was Zaltbommel zowel een belangrijke handelsstad als een strategisch gelegen uitvalsbasis voor de vele veldslagen en schermutselingen met Holland.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><br /></div><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhF3YYD8iIUCna0b0D5yEahptUgKPlbExF6lZkrTG680gNpAlr2bREKsTyCvthmYXn4pPZVodgoFy6xTHmsClFMh2ZXlCg1XS69af0jVm-yVs3kWU-Bsv6EUcw3RHYoqh73KOOjhssm8WEL/s2048/IMG_5983.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhF3YYD8iIUCna0b0D5yEahptUgKPlbExF6lZkrTG680gNpAlr2bREKsTyCvthmYXn4pPZVodgoFy6xTHmsClFMh2ZXlCg1XS69af0jVm-yVs3kWU-Bsv6EUcw3RHYoqh73KOOjhssm8WEL/w400-h300/IMG_5983.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Gezicht op de toren van het gasthuis<br /></td></tr></tbody></table><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">In de late middeleeuwen kende de stad een grote bloei en met een inwoneraantal dat tussen de 2000 en 5000 lag, was het ook een van de grotere steden van Gelre. Die toenmalige welvaart is nog goed te zien op de markt, aan de Waalkade met de waterpoort, bij het Gasthuis en uiteraard bij de Sint-Maartenskerk. De kerk van Bommel is alleen al een reis waard: een van de mooiste voorbeelden van de Nederijnse gotiek en voorzien van talrijke muur- en plafondschilderingen. Van de zeshonderd jaar oude koorbanken zijn nog belangrijke delen bewaard gebleven en ze tonen het beste houtsnijwerk dat er in die jaren gemaakt is. Fameus is uiteraard de toren, zonder spits. De middeleeuwse kerk had wel degelijk een fiere torenspits, maar in de zestiende eeuw werd deze verschillende keren door noodweer beschadigd. Een nieuwe, kleinere spits, hield het uit tot in 1696 de bliksem insloeg. Geen watersnood, zoals het liedje wil, maar een ander verwoestend natuurverschijnsel heeft Bommel zijn stompe toren bezorgd.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">De rijke geschiedenis blijkt niet alleen uit de gebouwen, maar ook uit de mensen die de stad bewoonden: Zaltbommel grossiert in beroemdheden. De Franse schilder Édouard Manet trouwde in Zaltbommel met concertpianiste Suzanne Leenhoff die uit de stad afkomstig was; Peter van Anrooy, de componist van de </span><i style="font-family: georgia;">Piet Hein Rhapsodie</i><span style="font-family: georgia;"> (dat door de grote Nederlandse orkesten is gespeeld), kwam uit Zaltbommel; de stad was de geboorteplaats Anton en Gerard Philips, oprichters van een gloeilampenfabriek; en ook Fiep Westendorp, die Jip en Janneke tekende en zo veel meer, zag in Zaltbommel het licht. Maar de meest belangwekkende, en zeker de beruchtste telg uit de stad aan de Waal was Maarten van Rossum.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgVoirflqHW-wGWsyx1737gZfW34fKHIUfwVuCSFaf7bMJpRLXFbprocZ62inAQo71GF8EGgWp8bs8zB-GObrqGjock0-VzA0fgvqL6O-YrkJY-Fp1rINd2nr_fkHM21yhjsGlflkw57L1S/s2048/Maarten_van_Rossum.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="2048" data-original-width="1492" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgVoirflqHW-wGWsyx1737gZfW34fKHIUfwVuCSFaf7bMJpRLXFbprocZ62inAQo71GF8EGgWp8bs8zB-GObrqGjock0-VzA0fgvqL6O-YrkJY-Fp1rINd2nr_fkHM21yhjsGlflkw57L1S/w291-h400/Maarten_van_Rossum.jpg" width="291" /></a></td></tr></tbody></table><p></p><p style="text-align: center;"><span style="font-family: georgia; font-size: small;">Portret van Maarten van Rossum te paard, Cornelis Anthonisz., ingekleurde houtsnede, 1540 - voor 1542. Collectie Rijksmuseum</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Maarten werd waarschijnlijk kort voor 1490 geboren in een vooraanstaande adellijke familie. Niet lang na 1510 kwam hij in dienst van de hertog van Gelre, Karel van Egmond, en boekte hij zijn eerste overwinningen. Zijn onconventionele strijdwijze leverde grote successen op en in 1527 benoemde Karel van Gelre hem als maarschalk. Maar bij de tegenstanders was hij berucht: ze vreesden zijn guerrilla-technieken (die nog steeds in de geschiedschrijving worden getypeerd als een soort terrorisme, en die hem in de televisieserie Floris de rol van aartsschurk bezorgden). Hij werd gevierd in Gelre en volop bespot daarbuiten: het Antwerps liedboek uit 1540 bevat diverse liederen die de Gelderse troepen beschimpen als boerenpummels en die vol verachting zingen over hun aanvoerder Van Rossum. En Anna Bijns, Antwerps dichteres, schreef een gedicht over Maarten van Rossum en zijn naam- en tijdgenoot Maarten Luther. Ze stelde de vraag wie de slechtste van de twee was. Maarten van Rossum werd door haar fel bekritiseerd – ‘vergezeld door allerlei kwaad gespuis heeft hij veel prachtige huizen in brand gestoken’ – maar kwam er in haar ogen toch beter vanaf dan de Duitse hervormer, want terwijl Van Rossum de mensen van hun leven beroofde, berooft Luther ze van hun ziel. Bovendien – van groot belang voor de katholieke Anna – was Van Rossum trouw aan de kerk van Rome.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgO9b3uloyrAVrnoP3PrQYM0L_6__gKaYXG7MLr-HiUmapNJmlFwvEba1PmNeOLgYGGIzsYa4zkUTPNnB6kBOzhubIuMip6HP0oX41zkBL4F226-oUj9G_hWb9n4qpGJ8KCxQNDGZ5i106V/s2048/IMG_5978.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1761" data-original-width="2048" height="344" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgO9b3uloyrAVrnoP3PrQYM0L_6__gKaYXG7MLr-HiUmapNJmlFwvEba1PmNeOLgYGGIzsYa4zkUTPNnB6kBOzhubIuMip6HP0oX41zkBL4F226-oUj9G_hWb9n4qpGJ8KCxQNDGZ5i106V/w400-h344/IMG_5978.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: georgia;">Maarten van Rossumhuis</span></td></tr></tbody></table><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">In al die jaren waarin de legeraanvoerder een rusteloos en rondtrekkend bestaan leidde, bleef Zaltbommel toch een van zijn thuishavens. In 1535 liet hij er een riante woning in renaissancestijl bouwen, nu bekend als Maarten van Rossumhuis of het Stadskasteel. Tegenwoordig is het een museum. Het is de trotse herinnering aan een gedreven legeraanvoerder die dertig jaar lang de Habsburgers wist te weerstreven.</span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;"><br /></span></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjckvqbgDKAjS8b9IEdHK3smp0i8_kX2YvOS_kRHapScyZkZIKZfPhe75hwsHZYlo_DG-ZZODofFXNTsm2Qu61S_6YEq2ucr68Df0O2M6sIlLtrUgmMv_VTosAesBnhD1pnWTezqhb7n3xg/s1427/IMG_5995.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1010" data-original-width="1427" height="283" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjckvqbgDKAjS8b9IEdHK3smp0i8_kX2YvOS_kRHapScyZkZIKZfPhe75hwsHZYlo_DG-ZZODofFXNTsm2Qu61S_6YEq2ucr68Df0O2M6sIlLtrUgmMv_VTosAesBnhD1pnWTezqhb7n3xg/w400-h283/IMG_5995.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Gezicht op de Martinus Nijhoffbrug en de toren van Zaltbommel, vanaf de noordzijde van de Waal.<br /></td></tr></tbody></table><span style="font-family: georgia;"><br /></span><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><span style="font-family: georgia;">Na twee uur Zaltbommel fietste ik verder, aan de overzijde van de Waal, richting Tiel. Ik keek om en stapte nog even af om vanuit die richting de stad te zien liggen, indrukwekkend aan de overzijde van de rivier. En ik wilde haast weer omkeren. Twee uur is te kort. Zaltbommel verdient meer. Ik was verbaasd over de rust (maar ik was er op een maandag). Toen ik weer verder fietste maakte ik stiekem plannen voor een cursus om met studenten de geschiedenis en de verhalen van Zaltbommel op te diepen, te onderzoeken en bekender te maken. Iedereen in Nederland kent Zaltbommel. Waarom zijn zovelen er nog nooit geweest?</span></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-8327780330952845322020-07-25T00:35:00.006+02:002020-07-25T11:46:13.206+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Zutphen, 26 juni 2020<p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Wat te schrijven over Zutphen? Het is de eerste stad van Gelre en de meest middeleeuwse. Zutphen kreeg omstreeks 1190 stadsrechten van Graaf Otto I en was de eerste stad in het toenmalige graafschap Gelre. Zutphen is de oudste, zeggen sommigen, met wat venijn richting Nijmegen, dat pas in 1230 middeleeuwse stadrechten kreeg. Ik ben er vaak geweest, voor familiebezoek, gewoon op doortocht, om er lezingen te geven, onderzoek te doen, om samen met studenten eeuwenoude zolders te bekijken, om de bijzonderste bibliotheek van het land te zien, met een bootje door de gracht te varen, een terrasje te pakken of een van ’s lands mooiste boekhandels te bezoeken. En altijd zag ik die prachtige oude stad, gevormd door de eeuwen waarin veel middeleeuwse sporen zichtbaar zijn gebleven.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjsdvPeBUNZByGOrwGe06QNCT_pbLR-MIaq0q5SgbhYuw-7JFPk1v4uzNkPXLjfVz3yAt_Fq-TD06JmZLwm9tBp4tMnCvNwnXxH6DFOuXUlwpMDUpSllrdPf-GtMB1iqceQ3ZFnQDMdHCx6/s2048/IMG_5942.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1420" data-original-width="2048" height="278" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjsdvPeBUNZByGOrwGe06QNCT_pbLR-MIaq0q5SgbhYuw-7JFPk1v4uzNkPXLjfVz3yAt_Fq-TD06JmZLwm9tBp4tMnCvNwnXxH6DFOuXUlwpMDUpSllrdPf-GtMB1iqceQ3ZFnQDMdHCx6/w400-h278/IMG_5942.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Stadsmuur en Drogenapstoren</td></tr></tbody></table><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Wat het zo lastig maakt te schrijven over Zutphen, is dat ik er al herhaaldelijk over schreef en dat ik nauwelijks weet waar te beginnen. Andere Gelderse steden die ik op mijn tweeëntwintigstedentocht aandoe, hebben vaak maar weinig herkenbaars uit de tijd van het hertogdom over. Het is dan makkelijk om te schrijven over die ene duizendjaar oude kapel die er nog is, de stadspoort die nog overeind staat, het herkenbare stratenplan, de afwezigheid van middeleeuwse gebouwen die juist verraadt dat de stad altijd een militaire functie heeft gehad en dus vaak verwoest is. Maar bij Zutphen is er zoveel.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Ik schrijf daarom maar over de liefdevolle toewijding voor de eigen stad en het eigen verleden die in Zutphen zo manifest is. Een paar voorbeelden maken dat duidelijk.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjrIFqpokGwQ9N4kHf4xAHxko315TIWccFj4qSc8bDz1DehMV-ivW-JaljaliMB1_slD9VyRWP2EWqA_6-2ByT37iPqE3MgjIaZmSzxWaO-o9hXw0DkePt0ETDyarxfilvSNDxgZY9_dCbL/s2048/IMG_5940.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjrIFqpokGwQ9N4kHf4xAHxko315TIWccFj4qSc8bDz1DehMV-ivW-JaljaliMB1_slD9VyRWP2EWqA_6-2ByT37iPqE3MgjIaZmSzxWaO-o9hXw0DkePt0ETDyarxfilvSNDxgZY9_dCbL/w400-h300/IMG_5940.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Zicht op de Wijnhuistoren en de Groenmarkt; aan de linkerzijde van de straat is in de blinde muur van het uitspringende pand een nis te zien uit de dertiende eeuw.</td></tr></tbody></table><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">De afgelopen jaren heb ik diverse keren met studenten Zutphen bezocht, meestal als onderdeel van de cursus <i>De stad centraal</i>. Zij bereidden een deel van de excursie zelf voor, maar de mensen van Erfgoed Zutphen lieten zien waar zij mee bezig zijn: we keken mee met de restaurator in het archief, bezochten de Bourgonjetoren tijdens de restauratie, riepen rond op zolders met kapconstructies uit de veertiende eeuw en, hoogtepunt, bezochten een pand aan de Groenmarkt waar nog maar kort daarvoor een nis was ontdekt waaruit bleek dat er al in de dertiende eeuw stenen huizen werden gebouwd in dat gedeelte van Zutphen. Die kleine nis die we, als ik het me goed herinner, drie jaar geleden na een klimpartij over wankele trappen, te zien kregen, voelde als een kostbare schat. Dit jaar zouden we opnieuw met zo’n vijftien studenten Zutphen bezoeken. De lockdown gooide roet in het eten in het laatste jaar dat ‘De stad centraal’ gegeven werd.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><br /></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgp2m0KmHYGR8XyuT4XIsNgvolR3uu7-ZuPsTxaWvndUmU1-ei6n0Q1BvimXS9V5i8MQJrw_7NiucgQ1P6IaNWuErsiAYImYIlLlaBKBJLhQI8J6qOQMSd_ARPREo6Z_xu9XYB7VCICh9df/s2048/IMG_2421.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="2048" data-original-width="1442" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgp2m0KmHYGR8XyuT4XIsNgvolR3uu7-ZuPsTxaWvndUmU1-ei6n0Q1BvimXS9V5i8MQJrw_7NiucgQ1P6IaNWuErsiAYImYIlLlaBKBJLhQI8J6qOQMSd_ARPREo6Z_xu9XYB7VCICh9df/w281-h400/IMG_2421.jpeg" width="281" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Met studenten bij de Bourgonjetoren. Mei 2019.<br /></td></tr></tbody></table><font face="trebuchet"><br /></font><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">In geen van de Gelderse steden ben ik zo vaak geweest voor publiekspresentaties als in Zutphen: ik gaf en bezocht er lezingen, droeg bij aan de cursus Gelrekunde, sprak tijdens boekpresentaties en de Gelderse Landdag, en was betrokken bij het middeleeuwensymposium in 2018 en 2020 – ook dit laatste gesneuveld door corona. Dat middeleeuwensymposium, bedacht en georganiseerd door Hans Busio en ruimhartig gesteund door het stadsbestuur en Erfgoed Zutphen, is een fenomeen. Wetenschappers uit binnen- en buitenland vertellen heet van de naald over hun onderzoek, maar zo dat het een breed publiek boeit en bereikt. Ik ken nauwelijks betere voorbeelden waar wetenschap en publiekgerichtheid zo innig met elkaar verbonden zijn. Gelukkig wil Zutphen hiermee verdergaan. Volgend jaar houden we alsnog het geplande symposium over vrouwen in de middeleeuwen en vanuit Nijmegen draag ik daar graag aan bij.</font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Meest memorabel in de samenwerking is de rol die Zutphen speelde bij de tentoonstelling <i>Ik, Maria van Gelre</i>. Het archief van Zutphen leende de verbondsbrieven uit 1418 uit (die eerder dat jaar al figureerden op een kleine tentoonstelling in Arnhem en Zutphen) en zorgde ervoor dat de brieven prachtig werden gerestaureerd. Maar het bruikleen van de kaarsenkroon uit de Walburgiskerk was het onvergetelijke hoogtepunt in mijn samenwerking met Zutphen. Het was een onmogelijke vraag: zouden we die meer dan zeshonderd jaar oude kroonluchter, die in 1407 door Maria van Gelre gezien is, in Nijmegen mogen tonen in een tentoonstelling? Wat onmogelijk is moet je niet vragen als bruikleen, is een ongeschreven wet in de museumwereld. Maar helemaal onmogelijk was het niet en uiteindelijk kwam de kroonluchter naar Nijmegen en was het, na het gebedenboek, hoogtepunt van de tentoonstelling. Op de dag waarop de kroonluchter naar Nijmegen kwam, was ik helaas elders, maar groot was de opluchting toen ik een appje kreeg met het geruststellende nieuws dat hij op zijn plaats stond. Tijdens de tentoonstelling heb ik verschillende keren Zutphens bezoek gehad. Uit grote betrokkenheid wilde men graag zien hoe het ging met dit pronkstuk. Ik herinner me nog goed het bezoek van de gidsen uit de kerk. Ze hadden zo hun aarzelingen: mocht dit wel de kerk verlaten. Maar ze waren ook trots: dit was de ultieme erkenning voor hún kaarsenkroon. Op 14 januari ging ik wel mee op het transport terug naar Zutphen: ik wilde zelf dit dierbare kunstwerk terugbrengen naar de plek waar het thuishoort. Eind 2019 kreeg de kaarsenkroon een plaats in de canon van de Nederlandse kunstgeschiedenis.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">De vraag die ik ergens in 2017 aarzelend stelde over dit bruikleen, had het einde van mijn goede verstandhouding met Zutphen kunnen zijn. Gelukkig pakte het anders uit en ik ben iedereen die hierbij betrokken was nog altijd meer dan dankbaar.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjFy1toBo4fP8l0TTUcB84oE5EMshYg9JxVJrpAVGMMyZTbbAmmGeOqYgTlHvvtab7tGKavzrSAtq_SpyPeCgtTg8IfW5cEHfDedpZGYTONs0w78AryyE4Hfk3LWuvQH3VreCDi9ZA3SdZ8/s2048/IMG_1207.jpeg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="2048" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjFy1toBo4fP8l0TTUcB84oE5EMshYg9JxVJrpAVGMMyZTbbAmmGeOqYgTlHvvtab7tGKavzrSAtq_SpyPeCgtTg8IfW5cEHfDedpZGYTONs0w78AryyE4Hfk3LWuvQH3VreCDi9ZA3SdZ8/w400-h300/IMG_1207.jpeg" width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">De kaarsenkroon is terug in Zutphen, 14 januari 2019.</td></tr></tbody></table><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Zutphen ademt het verleden en ik ervaar dat als vitaal onderdeel van de toekomst. Maar hoeveel geschiedenis er ook is, juist de verbondenheid met het hertogdom is slecht zichtbaar. Dat is opvallend voor een van de voormalige kwartierhoofdsteden. Anders dan in Arnhem, Nijmegen of Roermond zijn er geen graven of hertogen begraven in Zutphen, en er is dan ook geen indrukwekkend praalgraf, zoals in die andere kwartierhoofdsteden. Het voormalige gravenhof, ooit residentie van graven en hertogen, is alleen nog herkenbaar als de naam van een plein dat als parkeerplaats dienst doet. Tijdens een van de excursies met studenten vertelde stadarcheoloog Michel Groothedde dat er plannen zijn de fundamenten van dat gravenhof zichtbaar te maken. Dat zouden ze snel moeten doen, in Zutphen.</font><font face=""><o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">In <i>Maria van Gelre (1380-1429): Sporen in het landschap</i> (Nijmegen: Vantilt 2018) schreef ik een hoofdstuk over Zutphen.</font></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-42317155047720967652020-07-02T22:42:00.006+02:002020-07-04T15:45:11.501+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Lochem, 23 juni<p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Op weg naar Berlijn ben ik er wel eens met de trein langs gekomen als ik Deventer wilde omzeilen, en ik moet ook wel eens in het historische centrum zijn geweest toen we kampeerden in Laren of voor een familieweekend in Barchem waren. Toch kon ik me van die oude middeleeuwse kern niets herinneren. Vermoedelijk heb ik Lochem toen ook niet herkend als een stad die al bijna 800 jaar stadsrechten heeft. Inmiddels ken ik het als een van de 22 Gelderse steden die in 1418 in opstand kwamen tegen hun hertog, en op 23 juni fietste ik ernaartoe.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjBFfCQ7bEJ41-TzFTWxegvdKLE4WEOAB3lsLlBrc1ic0eBDhZLvX2HLdsZxKKdywRw9eOLyofbK6N7ADE-8wE8QehdHZHeAyWtfRYl5YonYUCbk8SGboXlTfeRzD_cF9DmDo9DJ_YSjBVW/s3658/IMG_5924.jpeg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="2607" data-original-width="3658" height="285" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjBFfCQ7bEJ41-TzFTWxegvdKLE4WEOAB3lsLlBrc1ic0eBDhZLvX2HLdsZxKKdywRw9eOLyofbK6N7ADE-8wE8QehdHZHeAyWtfRYl5YonYUCbk8SGboXlTfeRzD_cF9DmDo9DJ_YSjBVW/w400-h285/IMG_5924.jpeg" width="400" /></a></div><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><br /></div><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Binnen de grachten meet het stadje zo’n 250 bij 470 meter en in 1470 woonden er 855 mensen die via drie poorten hun stad konden verlaten en binnenkomen: Lochem was een kleine stad in de tijd van het hertogdom en een stad die niet zo heel veel sporen heeft nagelaten in de geschiedenis. Belangrijke archieven zijn verloren gegaan, in de belangrijkste kronieken over laatmiddeleeuws Gelre wordt Lochem ternauwernood genoemd en het heeft minder dan sommige andere steden aandacht gekregen van hedendaagse onderzoekers. Pas nadat het hertogdom Gelre in 1543 zijn zelfstandigheid is kwijtgeraakt is Lochem vaker het toneel van gebeurtenissen die in de geschiedenisboekjes terecht zijn gekomen.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">En toch. Ook al is er misschien weinig over van middeleeuws Lochem, wie het stadje binnengaat, ziet de vroegere binnengracht en komt door smalle straatjes en langs dicht op elkaar staande huizen die nog de middeleeuwse verkaveling laten zien. De huidige plattegrond van Lochem binnen de grachten, verschilt niet zoveel van de stad die Jacob van Deventer omstreeks 1560 afbeeldde voor zijn atlas.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhrnEt6bcmcD6sR7mEJx0i_Qv4ywB9QidN5ceK7ynVmnhbIycDOBxizBOd0rLsRXleBeQvB85SdXTHzhNV8vu7MyQ1lCoxlr6Tq_GTJ_mCj5LIgIEyIsNoFgVqf5Sdk4TTeNBT0vnnAqk6i/s696/06-a-krtlochem-jvdeventer.jpg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="641" data-original-width="696" height="369" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhrnEt6bcmcD6sR7mEJx0i_Qv4ywB9QidN5ceK7ynVmnhbIycDOBxizBOd0rLsRXleBeQvB85SdXTHzhNV8vu7MyQ1lCoxlr6Tq_GTJ_mCj5LIgIEyIsNoFgVqf5Sdk4TTeNBT0vnnAqk6i/w400-h369/06-a-krtlochem-jvdeventer.jpg" width="400" /></a></div><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><br /></div><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Niet zichtbaar voor wie Lochem bezoekt, zijn de stadsrechten uit 1233. In dat jaar verleende graaf Otto II, die vanwege een afwijking ‘met de klompvoet’ werd genoemde, stadsrechten aan vijf steden. Behalve Lochem waren dat Arnhem, Emmerich, Elburg en Gendt. Tijdens zijn regeerperiode kregen 29 steden van hem stadsrechten, wat hem tevens de bijnaam opleverde van ‘de stedenstichter’.</font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEivSNp7mI982sLD7kRdxr7Y-ourEXxHA3g2ZeEo_egxfuLigm3JzpyAosKdSstqrSHgd9s-NkqBQr7t_GmTMvkX8XyPpNWXet5gWaq6-ipaFOlpxNhFp1dav3aMofAUI_2HnOmI5kDIBjl8/s2048/1001_0205_6182_0001.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img alt="Akte waarmee Otto II stadsrechten verleent aan Lochem. Regionaal Archief Zutphen, Charternummer 6182." border="0" data-original-height="1416" data-original-width="2048" height="276" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEivSNp7mI982sLD7kRdxr7Y-ourEXxHA3g2ZeEo_egxfuLigm3JzpyAosKdSstqrSHgd9s-NkqBQr7t_GmTMvkX8XyPpNWXet5gWaq6-ipaFOlpxNhFp1dav3aMofAUI_2HnOmI5kDIBjl8/w400-h276/1001_0205_6182_0001.jpg" title="Akte waarmee Otto II stadsrechten verleent aan Lochem. Regionaal Archief Zutphen, Charternummer 6182." width="400" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Akte waarmee Otto II stadsrechten verleent aan Lochem. 9 juli 1233. Regionaal Archief Zutphen, Charternummer 6182.</td></tr></tbody></table><font face="trebuchet"><br /></font><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Veel steden kennen hun stadsrechten alleen uit een versie die dateert van jaren na de verlening, maar de stadsrechten van Lochem zijn bewaard in een afschrift uit 1233. Wie het exemplaar wil zien moet naar Zutphen: daar bevindt het zich tegenwoordig het Regionaal Archief.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjpWu8BK95DAgPVzr02pVpHvLTEpZ8wHLHEfkPZ63yyuS39nNY5rxC4BRiWHTPUAExiKew1prtKZsm3DSwax8UCeJkMEy2DZq4gJXCQCNAOxPdMapCALruPOX1r3VfGLd4SB7ygX1uu2cgc/s3517/IMG_5919.jpeg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="3517" data-original-width="2638" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjpWu8BK95DAgPVzr02pVpHvLTEpZ8wHLHEfkPZ63yyuS39nNY5rxC4BRiWHTPUAExiKew1prtKZsm3DSwax8UCeJkMEy2DZq4gJXCQCNAOxPdMapCALruPOX1r3VfGLd4SB7ygX1uu2cgc/w300-h400/IMG_5919.jpeg" width="300" /></a></div><font face="trebuchet"><br /></font><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">De meest zichtbare herinnering aan middeleeuws Lochem is de Grote of Sint Gudulakerk, een laatgotische hallenkerk die de markt domineert. De kerk is genoemd naar de heilige Goedele, in Nederland niet zo bekend, maar een van de beschermheiligen van Brussel. Al in 1059 is er sprake van een kerk op de plaats van de huidige kerk, en vermoedelijk was er al ruim voor het jaar 1000 een kerkje. In de veertiende eeuw is de toenmalige kerk verbouwd en fors uitgebreid. De huidige kerk bevat daar nog tal van sporen van. Een eeuw later werd ook de romaanse toren vervangen en de huidige toren was in 1478 voltooid. Tijdens die grote uitbreiding zijn ook muurschilderingen aangebracht. Na de middeleeuwen zijn ze overgeschilderd, in de negentiende eeuw weer ontdekt maar meteen weer onder gekalkt. Tijdens recentere restauraties zijn veel van die schilderingen weer zichtbaar geworden. Wat nog over is geeft blijk van een interieur dat heel rijk en imponerend is geweest: naast een grote voorstelling van het Laatste Oordeel zijn er afbeeldingen van Sint Christoffel en tevens van Sint Sebastiaan en Sint Rochus, pestheiligen bij wie we in deze tijd wel weer een kaarsje mogen branden.</font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Twee schilderingen zijn later aangebracht, een soldaat en een man met helm en sik die een man met zotskap bespuugt: zestiende-eeuwse ‘graffiti’, wellicht uit de tijd van de Spaanse belegering van Lochem. Het zijn kritische commentaartjes op politieke en religieuze toestanden waarvan we de exacte betekenis nooit precies kunnen achterhalen.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"></p><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj_zFVHgiKPytn9fY7wfYxuMXve6flikMWs8JZoMMUnr66Ug2MqTjK8N2heS2tdEGuE2VF45xInjw7gVycpjeC5HGPmqMdpH-hOJWNZKAH_9Z39OkSiGIEWQFWGTETXyG7QuruLYEzyJ6y4/s1024/IMG_5931.jpeg" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="768" data-original-width="1024" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj_zFVHgiKPytn9fY7wfYxuMXve6flikMWs8JZoMMUnr66Ug2MqTjK8N2heS2tdEGuE2VF45xInjw7gVycpjeC5HGPmqMdpH-hOJWNZKAH_9Z39OkSiGIEWQFWGTETXyG7QuruLYEzyJ6y4/w400-h300/IMG_5931.jpeg" width="400" /></a></div><font face="trebuchet"><br /></font><p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Lochem werd door oorlogen vaak zwaar getroffen en in 1615 verwoestte een stadsbrand vrijwel de hele stad. Vier huizen en de kerk bleven min of meer gespaard. Het Lochem dat ik bezocht dateert vrijwel geheel van na dat inferno uit de zeventiende eeuw. En toch waan je je hier en daar in een laatmiddeleeuws stadje: smalle straten, besloten pleintjes, omgeven door een gracht en met die imponerende kerk. Het verhaal van de middeleeuwse stad verdient het om uitvoeriger verteld te worden, en ook al zijn de bronnen tamelijk schaars, er moet meer te vinden zijn, ook al liggen die in archieven die inmiddels allemaal buiten Lochem bewaard worden.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><o:p><font face="trebuchet"> </font></o:p></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="trebuchet">Meer over de Sint Gudulakerk is te vinden in een mooi overzichtsartikel van Ceesjan Frank in <i>Venster, kwartaalblad van de Stichting Oude Gelderse Kerken</i> 17 (2019) afl. 2 (online beschikbaar: <a href="https://issuu.com/sogk/docs/vensterlochemspecial2019_2" target="_blank">Kennismaking met een boeiende middeleeuwse stadskerk</a>).</font><font face=""><o:p></o:p></font></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-75929300827795075942020-06-22T00:22:00.003+02:002020-06-22T09:25:21.719+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Goch, 21 juni<p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">Als ik al gedachten had bij Goch, dan zal het hooguit de vraag zijn geweest of de achternaam van Vincent van Gogh naar dit Nederrijnse stadje verwees (Gogh is immers de Nederlands schrijfwijze van Goch). Of er verre voorouders van de schilder in het Nederrijnse stadje zijn te traceren, weet ik nog steeds niet. Zo’n tien jaar geleden zal ik er voor het eerst doorheen zijn gefietst. Ik was langs de Maas naar het zuiden gereden en ging via Kevelaer terug. Goch, op de terugweg, maakte weinig indruk. Ik heb de historische gebouwen niet bewust gezien – de grote St. Magdalenakerk heb ik over het hoofd gezien, misleid door haar moderne toren – en trof er vooral non-descripte na-oorlogse architectuur. Vandaag heb ik meer moeite gedaan om de schoonheid van Goch te ontdekken. </font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia"><o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">Goch was eeuwenlang de noordelijkste stad van het Gelderse Overkwartier, gelegen aan de Niers, een riviertje dat ontspringt nabij Erkelenz en dat bij Gennep, 114 kilometer stroomafwaarts, in de Maas stroomt. Vanaf Süchteln, zo’n 65 kilometer voor de monding, is het riviertje bevaarbaar, en tegenwoordig is het een geliefd traject om te kanoën. Ook in de middeleeuwen werd de Niers bevaren, en zeker vanaf Geldern, ruim 25 kilometer stroomopwaarts vanaf Goch, was het een belangrijke waterweg.<o:p></o:p></font></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiZV-a1xERUdY7_NeycvPLg6bMTxuo7mUlbvp3-4qL39L7MaQPN_p7VaWqlwevxu6WEgwP4oYKQt9woGqFDgEttB7gM7xA7_mxlfAYeRF8vTNpq8zulHrJ-dQbOxwRwO6v0WAcBIbpTjJA4/s4032/IMG_5880.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><font face="georgia"><img border="0" data-original-height="4032" data-original-width="3024" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiZV-a1xERUdY7_NeycvPLg6bMTxuo7mUlbvp3-4qL39L7MaQPN_p7VaWqlwevxu6WEgwP4oYKQt9woGqFDgEttB7gM7xA7_mxlfAYeRF8vTNpq8zulHrJ-dQbOxwRwO6v0WAcBIbpTjJA4/w300-h400/IMG_5880.jpg" width="300" /></font></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><font face="georgia">De toren van de St. Maria Magdalenakerk gezien vanaf de Niers<br /></font></td></tr></tbody></table><div class="separator" style="clear: both; text-align: center;"><font face="georgia"><br /></font></div><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">In dat middeleeuwse verleden was Goch een welvarend handelsstadje met ruim 1000 inwoners. In elk geval in 1261 beschikte het over stadsrechten (verleend door de Gelderse graaf Otto II), in het midden van de veertiende eeuw werd de omwalling voltooid. De Steintor herinnert daar nog aan en is een van de historische bezienswaardigheden. Af en toe deden hertog of hertogin de stad aan en in 1418 was het een van de 22 Gelderse steden die de hertog onder druk zetten met hun verbondsbrief.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">Tegenwoordig zullen bewoners zich wellicht eerder verbonden voelen met het hertogdom Kleef dan met Gelre. In 1473, in de turbulente jaren waarin Bourgondië greep probeerde te krijgen op het weerbarstige Gelre, werd Gelre tijdelijk ingelijfd bij Bourgondië, maar viel Goch toe aan Kleef. Het stadje kende in de eeuwen nadien een roerige geschiedenis: het werd Pruisisch in 1614, ingelijfd bij de Republiek in 1615, het was Spaans en Frans en vanaf 1815 werd het opnieuw deel van Pruisen dat in 1871 opging in het Duitse Rijk. Goch en de omliggende dorpen is zich al die jaren blijven richten op de gebieden aan gene zijde van de grens: de taal was er Kleverlands, net als in Venray, Nijmegen, Wesel en Duisburg en er werd door bewoners aan beide zijden van de grens veel gewerkt en schoolgegaan in elkaars land zoals er ook heel wat familiebanden werden gesmeed.<o:p></o:p></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">De historische stad is grotendeels weggevaagd in de laatste maanden van de oorlog, maar hier en daar staan gebouwen die weer uit het puin zijn opgetrokken: de Steintor, het stadhuis en het haast frivole Haus zu den fünf Ringen, een patriciërswoning uit de zestiende eeuw. </font></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhQ5anqN7ELK9nlSgDHJ8XBzTshdB5OD3ZeQGnUAARgZ3IrnLePEZZ-j7u6S1BeufHv9YJqd8QCoMzFU-5jYj5cazGMPpVGOC2xiVySAXDUsRJw-D8Z2t4AZ5E2GBRl5v-raILIgZkiRy6N/s2392/IMG_5877.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><font face="georgia"><img border="0" data-original-height="2392" data-original-width="2271" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhQ5anqN7ELK9nlSgDHJ8XBzTshdB5OD3ZeQGnUAARgZ3IrnLePEZZ-j7u6S1BeufHv9YJqd8QCoMzFU-5jYj5cazGMPpVGOC2xiVySAXDUsRJw-D8Z2t4AZ5E2GBRl5v-raILIgZkiRy6N/s320/IMG_5877.jpg" /></font></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><font face="georgia">Rathaus (links) en Haus zu den fünf Ringen</font></td></tr></tbody></table><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">Indrukwekkend middelpunt van de stad is de veertiende-eeuwse St. Maria Magdalenakerk. Het is, zo las ik hier en daar, een van de indrukwekkendste kerken van de Nederrijn, maar voor mij bleven de deuren gesloten: corona-maatregelen zorgen ervoor dat alleen voor sporadische liturgische bijeenkomsten de kerk nog open is. Van buiten is het een fraaie gotische kerk met een heel moderne toren die uit 2003 dateert. Niet, zoals ik vermoedde, om oorlogsschade te herstellen, maar om een veel later lot dat de stad trof te herstellen. Op 24 mei 1993, ’s nachts om 3 minuten voor half 3, stortte de grote toren in. De avond daarvoor hadden de klokken nog geluid. Onderzoek wees verschillende oorzaken aan: late gevolgen van oorlogsschade, een aardbeving in 1992, verwering en scheuren in het metselwerk en zelfs het luiden van de klokken zes uur voor het instorten. De oude toren is niet herbouwd. Er kwam een niet onomstreden nieuwe, 70 meter hoge toren. Toen ik vanmiddag Goch binnenreed via een brug over de Niers, zag ik de toren en ze beviel me wel.<o:p></o:p></font></p><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiOoiBQivx48A8yZt-Q8Hz8sZ2s6wQmjdXmY-8LRl8_nE4zIPYMQGq0u_gpkrlpeTSGqEwnZ7huuIItMvk7dSOx8SORCM9v0NWWVNE1YiqyiZzjnmT0YWIH9ydr7GyTg099zqbXbCfa4KqJ/s3485/IMG_5883.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><font face="georgia"><img border="0" data-original-height="2850" data-original-width="3485" height="328" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiOoiBQivx48A8yZt-Q8Hz8sZ2s6wQmjdXmY-8LRl8_nE4zIPYMQGq0u_gpkrlpeTSGqEwnZ7huuIItMvk7dSOx8SORCM9v0NWWVNE1YiqyiZzjnmT0YWIH9ydr7GyTg099zqbXbCfa4KqJ/w400-h328/IMG_5883.jpg" width="400" /></font></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><font face="georgia">Steintor vanaf de buitenzijde<br /></font></td></tr></tbody></table><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia"><br /></font></p><p class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;"><font face="georgia">Goch zoals ik het vanmiddag bezocht, zoekt weer een beetje de vrijheid van de openbare ruimte. In het prachtige stadspark, gelegen tussen twee takken van de Niers, werd gevoetbald en geluierd. Op het terras bij een Bäckerei bestel je Kuchen en drankjes aan de Theke met Mundschutz en na het invullen van een formulier waarop naam, tijdstip en 06-nummer genoteerd moeten worden. Goch was mooier dan ik me herinnerde en er is meer geschiedenis dan ik vermoedde. Ik ga zeker een keer terug om in elk geval de grote kerk van binnen te zien.</font><font face=""><o:p></o:p></font></p>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-56370389016190881832020-05-06T22:16:00.000+02:002020-05-07T07:37:39.804+02:00Wanttet was groitte starfte. De pest door ooggetuigen uit de Lage Landen<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Een onheilspellend bericht bereikte Brugge in het voorjaar van 1348: ‘Ik schrijf dit aan jullie, mijn beste vrienden, zodat je weet aan welke gevaren we op dit moment worden blootgesteld.’ Lodewijk Heyligen, secretaris aan het pauselijke hof in Avignon en vriend van Petrarca, verzond op zondag 27 april van dat jaar een brief aan het Brugse Donaaskapitel, waaraan hij eveneens verbonden was. Zijn brief doet uitvoerig verslag van de verschrikkingen van een ziekte die sinds half november in de stad rondwaarde, en die ontelbaar vele slachtoffers had gemaakt. Alleen in Avignon al is meer dan de helft van de bevolking gestorven. De ziekte is extreem besmettelijk en doodt mensen binnen een paar dagen. Hij spoort zijn Brugse vrienden aan voorzichtig te zijn: ‘Als je je tegen de ziekte wilt wapenen, moet je met mate eten en drinken, uit de kou blijven en geen excessen begaan. Het belangrijkste is vooral geen andere mensen te ontmoeten, vooral niet in deze tijd van het jaar, behalve als je met weinig bent en een gezonde adem hebt. Het is het beste om jezelf op te sluiten in je huis tot de epidemie voorbij is.’ De waarschuwingen van Lodewijk klinken ons bekend in de oren. Tegen een onbekende infectieziekte is er weinig dat beter helpt dan afstand houden.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<h4>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Een bijna blinde abt</span></h4>
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">De ziekte, die we nu kennen als de pest, bewoog zich gestaag en onontkoombaar voort door Europa. In juni van het jaar 1349 bereikte het ook de zuidgrens van Vlaanderen. In een uitvoerig en hier en daar quasi onbewogen verslag, verhaalt Gilles Le Muisit, de bijna blinde abt van een Benedictijnerabdij te Doornik, van de grote aantallen slachtoffers en de massagraven die gedolven worden. Hij beschrijft ook hoe de Joden beschuldigd worden van het vergiftigen van de bronnen wat de grote sterfte zou veroorzaken. Op grote schaal worden ze vervolgd en op brandstapels vermoord. De abt beschrijft, kennelijk goed geïnformeerd, over de vreselijke moordpartijen in Brussel en Keulen. Zijn verslag spreekt geen oordeel uit: niet over de autoriteiten die de verbrandingen toestaan of zelfs organiseren, evenmin over de vraag of de geruchten over vergiftigde bronnen terecht zijn. Het is alsof hij zich geen raad weet met de verschrikkingen. Een grotere betrokkenheid spreekt uit zijn uitvoerige verslag van de beweging van penitenten: rondtrekkende geselaars die boetedoen om de toorn van God af te wenden. Gilles voelt sympathie voor deze lekenbeweging, voor de oprechte vroomheid en de intense betrokkenheid van de flagellanten bij het lot van een wereld die ten einde loopt.<o:p></o:p></span><br />
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="font-family: "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><br /></span>
</span><br />
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgR17ngMoahlGf7547PDgi4f3sfRWLGzCbgLzpMrsBVXJC2GtAdfG1sIwQgu9iAMe7t5-J_j1tGFL8rPaO02frO4MF_e68xfFOb7sg33V_ifOOwYk3xsZoWe9UP0lkYcTmmKIWB16h_KKGL/s1600/Massagraf.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="1054" data-original-width="1600" height="262" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgR17ngMoahlGf7547PDgi4f3sfRWLGzCbgLzpMrsBVXJC2GtAdfG1sIwQgu9iAMe7t5-J_j1tGFL8rPaO02frO4MF_e68xfFOb7sg33V_ifOOwYk3xsZoWe9UP0lkYcTmmKIWB16h_KKGL/s400/Massagraf.jpg" width="400" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Pierart dou Tielt, Massagraf voor pestslachtoffers. In de kroniek van Gilles Le Muisit - Brussel KBR ms 13076-13077 </span></td></tr>
</tbody></table>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="font-family: "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><br /></span>
</span><br />
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj9cuu7sgthuFUJa9k8HkubynX-aL_rFQ4kMk0HIENdJgGyn_ro556Xcng-qhMF4Kw_j7NsdF8JTjsY3uzOdq76sZ_zHAo1JjwA_S2Kp9RIDWt9mNef7TGbNUH2ezMy-ajX_MT9brj3LAJe/s1600/Doutielt2.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="458" data-original-width="793" height="230" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEj9cuu7sgthuFUJa9k8HkubynX-aL_rFQ4kMk0HIENdJgGyn_ro556Xcng-qhMF4Kw_j7NsdF8JTjsY3uzOdq76sZ_zHAo1JjwA_S2Kp9RIDWt9mNef7TGbNUH2ezMy-ajX_MT9brj3LAJe/s400/Doutielt2.jpg" width="400" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Pierart dou Tielt, Flagellanten. In de kroniek van Gilles Le Muisit - Brussel KBR ms 13076-13077 </span></td></tr>
</tbody></table>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Het verslag dat Le Muisit neerpende is het meest indringende verslag uit de Nederlanden over die eerste verwoestende pestuitbraak. De contemporaine illustraties van het begraven van de doden, het optreden van de geselaars en het doden van de schuldig geachte joden versterken de kracht van deze bron.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<h4>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Stadsklerk over het Einde der Tijden</span></h4>
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Vrijwel gelijktijdig met de abt uit Doornik, schreef de Antwerpen stadsklerk Jan van Boendale over de turbulente en wat hem betreft omineuze tijd waarin hij leefde. Hij was de eerste die in het Nederlands uitvoerig over de pest schreef in de vorm van een soort nawoord bij twee van zijn teksten, de <i>Brabantsche Yeesten</i> (een geschiedenis van Brabant) en het <i>Boek van de wraak Gods</i>.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Jan van Boendale, geboren in 1279, bracht een groot deel van zijn leven door in Antwerpen als klerk van het stadbestuur. Hij schreef over geschiedenis en over wat aangeduid wordt als lekenethiek: teksten over hoe een mens deugdzaam moet leven in het licht van het eeuwig leven. Zijn laatste werk, het <i>Boek van de wraak Gods</i>, staat helemaal in het teken van het Laatste Oordeel. Hij bespreekt de tekenen in de geschiedenis die preluderen op het einde der tijden en het is binnen Boendales oeuvre het meest sombere werk. Hij voltooide het in 1346 en het was het stemmige slotakkoord van een auteur op leeftijd. Maar de geschiedenis ging verder en toonde in de jaren die volgden haar grimmigste gezicht. In de laatste jaren van Boendales leven woedde de dodelijkste pandemie uit de wereldgeschiedenis, die zo’n honderd miljoen slachtoffers zou maken. Boendale moet, onder de indruk van wat hij meemaakte, hebben besloten zijn werk nog een vervolg te geven (iets wat hij eveneens deed met zijn grote geschiedwerk over Brabant, grotendeels in dezelfde woorden). Hij voegde hoofdstukken toe over ‘een strijd die zich voordeed in het land van Luik’, over de pest, de geselaars, de joden en over de zeeslag bij Zwartewaal in 1351.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">De hoofdstukken over pest en geselaars zijn met respectievelijk 280 en 218 verzen veruit het langst. De andere drie hebben een lengte van tussen 38 en 52 verzen. Allemaal tonen ze geschiedenis door de ogen van een tijdgenoot. Boendale vertelt aan het begin van zijn aanvulling dat hij te Antwerpen verbleef en moe en uitgeblust was toen hij het nieuws hoorde over een strijd bij Luik. Meteen daarna verhaalt hij over de verschrikkingen van de grote plaag; zijn relaas over de kruisbroeders of geselaars bevat tal van details die duidelijk maken dat hij uit eigen aanschouwing vertelt over het huiveringwekkende ritueel van rondtrekkende boetelingen. Opvallend genoeg schrijft hij niet over hoe de pest huishield in zijn woonplaats Antwerpen. Was hij tijdelijk afwezig, raakte het hem te persoonlijk? We weten niet wat de oorzaak is van deze lacune in een episode die de plagen van de eigen tijd uitvoerig behandelt.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<h4>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Geruchten, dreiging, haat</span></h4>
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Boendale beschrijft hoe de pest zich door heel Europa verbreidde: ‘De ziekte begon in Babel, naar men mij verzekerde, en verspreidde zich aanstonds over de Middellandse Zee in Zuid-Italië, Calabrië, Sicilië, Cyprus, Toscane, Lombardije, in de Romagna, vandaaruit naar Frankrijk en van Frankrijk naar Engeland.’ De plaag hield zo huis dat hele dorpen ontvolkt raakten en dat bestuur en rechtspraak niet meer uitgeoefend werden. Bij wijze van exempel vertelt hij het verhaal over twee Utrechtse vrienden die in een uitgestorven stad een paleis binnengingen. De bewoners en het vee waren dood. Een van de twee vrienden eigende zich de kostbaarheden en sieraden toe van de gestorven bewoners en droeg ze mee in een zak. ‘Samen keerden ze die stad de rug toe’, zo vertelt Boendale, ‘en ze kwamen in het vrije veld. Daar viel degene die de zak droeg dood neer. De ander reisde zo snel hij kon naar huis, en bracht daar het nieuws van wat hij had gehoord en gezien. Ik hoorde dit van iemand die geloofwaardig is. Wees daar zeker van!’<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Over paus Clemens lezen we dat hij zich in zijn paleis te Avignon opsloot en alle toegangen liet dichtmetselen zodat de besmette lucht hem niet kon deren en vuren liet ontsteken om het vergif te verdrijven. Boendale weet wel dat de ziekte zich verspreidt door menselijk contact, en wijst vooral op het risico de lucht van een zieke in te ademen: ‘Deze rampspoed wordt ‘epidemie’ genoemd, wat wil zeggen dat de een door de ander sterft als hij diens lucht inademt.’ Toch ziet hij de rampspoed vooral als straf van God én als plaag die door de Joden veroorzaakt is: ‘de ellende van de pest werd veroorzaakt door het gif van de Joden’.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjwXFb5f7awf6T3m8UBuUJycwcG2e7QNup6UVYhusWntqMBcl3_anxsuJr5mmxJ_9oPI-qS4kyxo-Jk1J_m2S8wHa8KxE-Kt4IJA-FmzDlELSBocNfZHWxPBRaPy9oa6gC631ejpb__hL-t/s1600/Doutielt1.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="439" data-original-width="736" height="237" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjwXFb5f7awf6T3m8UBuUJycwcG2e7QNup6UVYhusWntqMBcl3_anxsuJr5mmxJ_9oPI-qS4kyxo-Jk1J_m2S8wHa8KxE-Kt4IJA-FmzDlELSBocNfZHWxPBRaPy9oa6gC631ejpb__hL-t/s400/Doutielt1.jpg" width="400" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Pierart dou Tielt, Verbranding van de Joden. In de kroniek van Gilles Le Muisit - Brussel KBR ms 13076-13077 </span></td></tr>
</tbody></table>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Het werk van Boendale doet vaak verrassend modern aan, en het is een auteur die vaak sympathiek overkomt. Maar hij toont een akelig gezicht in zijn te vaak denigrerende oordeel over vrouwen én in zijn afkeer van de Joden. Anders dan Gilles Le Muiset is het voor Boendale evident dat de Joden een kwalijke rol speelden bij het ontstaan en de verspreiding van de pest: ‘Ik zal u iets ongehoords vertellen. Alle joden, overal ter wereld, hadden zich voorgenomen de christenen met gif om het leven te brengen en daarom hadden ze alle waterputten, ver en dichtbij, en ook stilstaande wateren overal laten vergiftigen.’ De grote sterfte was hun schuld, en Boendale voegt eraan toe: ‘Men nam de joden daarom overal gevangen en wierp ze in het vuur.’</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Boendales relaas van de pest en andere plagen rond 1350 roept herkenning, verwondering en afschuw op. Misschien is het vanuit het oogpunt van de moderne geschiedschrijving nauwelijks serieus te nemen: het bevat tal van onnauwkeurigheden en historici hebben dat Boendale wel aangerekend. Maar het fascinerende is dat hij daardoor juist laat zien wat er gebeurt in een wereld die uit het lood hangt, waar steden verlaten zijn en de bestuurlijke, juridische en financiële infrastructuur tot stilstand zijn gekomen. De berichtgeving van Boendale getuigt van de geruchten die vaak het nieuws vooruitsnellen, van de manipulatie met de waarheid, van onbetrouwbaar nieuws of nieuws dat in diskrediet wordt gebracht. Onze tijd, die sommigen als <i>post-truth</i>tijdperk aanduiden, heeft een lange voorgeschiedenis.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<h4>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Verre herinnering</span></h4>
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Lodewijk Heyligen, Gilles Le Muiset en Jan van Boendale zijn drie van de talrijke ooggetuigen die verslag doen van de grote rampspoed die hun wereld trof. Uit het midden van de veertiende eeuw zijn er verschillende auteurs die ons omvangrijke en aangrijpende verslagen van de pest hebben nagelaten. In kronieken van later datum zijn de berichten veel beknopter: de grote pandemie was tot een verre herinnering geworden, ook al flakkerde de pest hier en daar nog wel op. Steevast worden in die latere berichten de drie elementen samengebracht die ook rond 1350 al prominent met elkaar worden verbonden: de pest, de flagellanten en de verbranding van de Joden. In de <i>Cronica vander hiliger stat Coellen</i> wordt de pest kort vermeld: ‘In het genoemde jaar [1347] en de twee jaar daarna was er een grote sterfte door in heel de wereld, zowel bij de heidenen als bij de Christenen’. Twee bladzijden verder volgen korte berichten over de Kruisbroeders, zoals ze hier genoemd worden, en de verbranding van de Joden, zonder dat deze gebeurtenissen met elkaar in verband worden gebracht. </span><br />
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEihq_-3DuHF5CbTMGa9Qv9ELE_-1rymQjqpJQLU2Z6iiCdEfA06bsKAXsGeQ55_Xu_XPNB9RYAMVhQU_u8YIUNtFyVjm9WbBuS0r1ymwVYBv5Yf73tTeCMZItWquW23K9Pg4Aruw7X_8lVm/s1600/Verbranding.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="671" data-original-width="1200" height="222" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEihq_-3DuHF5CbTMGa9Qv9ELE_-1rymQjqpJQLU2Z6iiCdEfA06bsKAXsGeQ55_Xu_XPNB9RYAMVhQU_u8YIUNtFyVjm9WbBuS0r1ymwVYBv5Yf73tTeCMZItWquW23K9Pg4Aruw7X_8lVm/s400/Verbranding.jpg" width="400" /></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Verbranding van de Joden. Hartmann Schedel, Wereldkroniek. Ex. BSB München (Schedels eigen exemplaar)</td></tr>
</tbody></table>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Hetzelfde zien we in de beroemde kroniek van Hartmann Schedel. Drie berichten, over pest, geselaars en Jodenverbranding staan vlak bij elkaar zonder dat er een expliciet verband wordt gelegd. Dat gebeurt wel in de vroegst bekende Gelderse kroniek, rond 1459 geschreven in Nijmegen. Een klein berichtje meldt:<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">¶ <b>I</b>nt <b>J</b>air ons h<i>ere</i>n m<sup>o</sup> ccc<sup>o</sup> xlix / <b>D</b>oe gyngen die<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Cruysbroeders / Ende men slouch die Joeden doit<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">wanttet was groitte starfte<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">[In het jaar 1349 trokken de Kruisbroeders rond en men sloeg de Joden dood want de grote pest heerste]<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">De pest liet tal van sporen na in de herinneringen van mensen en gemeenschappen. Ze laten voorbeelden van verwarring en onzekerheid zien, van diepe vroomheid en compassie, maar ook van ontwrichting, desinformatie en afschuwelijke haat tegen Joden. De grote pest is tot paradigmatische pandemie geworden in kunst en literatuur. Ze houdt ons vele spiegels voor, maar of we er iets van kunnen leren....<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="font-family: "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><br /></span>
</span><br />
<h4>
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Verantwoording en verder lezen</span></h4>
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><b>Over Lodewijk Heyligen</b>, met een uitgave en Franse vertaling van zijn brief: <o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;">Andries Welkenhuysen, ‘La peste en Avignon (1348) décrite par un témoin oculaire, Louis Sanctus de Beringen’, in: Pascua Mediaevalia. Studies voor Prof. Dr. J.M. De Smet, red. R. Lievens, E. Van Mingroot, W. Verbeke. Leuven 1983: 452-492.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><b>Over Gilles Le Muiset</b>:</span><br />
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;">Bernard Guenée, <i>Between church and state. </i><i><span lang="EN-US">The lives of four French prelates in the Late Middle Ages</span></i><span lang="EN-US">. Transl. Arthur Goldhammer. Chicago, Londen 1991: 71-101.<o:p></o:p></span></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><b>Over Jan van Boendale:</b><o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;">Frits van Oostrom, <i>Wereld in woorden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1300-1400</i>. Amsterdam 2013: 142-175 (‘Schrijver in het centrum’)<o:p></o:p></span><br />
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;">T<b>ekstuitgave van het Boec vander wraken</b>:<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><i>Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.</i>. Ed. F.A. Snellaert. Brussel 1869: 287-488. Online: <a href="https://www.dbnl.org/tekst/snel003nede01_01/index.php">https://www.dbnl.org/tekst/snel003nede01_01/index.php</a><o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="font-size: x-small;"><br /></span>
<span style="font-size: x-small;"><b>Een vertaling</b> (waarvan ik gebruik heb gemaakt, maar die ik hier en daar ook heb aangepast):<o:p></o:p></span></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;">Jan van Boendale, <i>Boek van de wraak Gods</i>. Vert. Wim van Anrooij. Amsterdam 1994. Hieruit deel III, hst. 13-17. Online: <a href="https://www.dbnl.org/tekst/boen001boek01_01/index.php">https://www.dbnl.org/tekst/boen001boek01_01/index.php</a><o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><b>Over de pest</b>:<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: x-small;"><i>Pest! Eine Spurensuche</i> [Catalogus van een tentoonstelling in LWL-Museum für Archäologie, Westfälisches Landesmuseum Herne – 20 september 2019 – 10 mei 2020]. Darmstadt 2019.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span lang="EN-US" style="font-size: x-small;"><br /></span>
<span lang="EN-US" style="font-size: x-small;">Ole J. Benedictow, <i>The Black Death 1346-1353. The complete history</i>. Rochester, NY 2004.<o:p></o:p></span></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="font-size: x-small;"><br /></span>
<span style="font-size: x-small;">R. Jansen-Sieben, ‘Ooggetuigen en flaggelanten’, in: <i>De Pest in de Nederlanden. Medisch-historische beschouwingen 650 jaar na de Zwarte Dood</i>. Vierde symposium geschiedenis der geneeskundige wetenschappen, Academia Regia Belgica Medicinae. Dissertationes. Series Historica 7. Brussel 1998: 85-108.</span></span><span style="font-family: "calibri" , sans-serif;"><o:p></o:p></span></div>
Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-25814332438341533372020-05-03T23:34:00.004+02:002020-05-07T08:04:47.574+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Grave, 3 mei<div class="MsoNormal" style="font-family: Calibri, sans-serif; margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "arial" , sans-serif; font-size: 10.5pt;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;">Jarenlang was Grave voor mij slechts een naam in de fascinerende dagelijkse uitzending van de waterstanden. Na een lange reeks plaatsnamen en waterhoogten, eindigde de reeks met: Grave beneden de sluis 491 min 6 (althans zo zou dat bij de waterstand van vandaag hebben geklonken). Sinds ik in Nijmegen woon is Grave een nabij stadje, en vanaf 2014 is het een van de steden die in mijn onderzoek een grote rol is gaan spelen.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEizBNzlCrIeAvss9K_vkWBwvdnWRTDmnbokDW7j1HGYDYJ4XVN4Rn-SgONC8ZxZDFX5qvhT46dn7ZlhcRmHEAHaahs4Hj8EymlQyVabqdnOGYimnjOotrhsESwNTNxb1WyMfgvQ8jjyN1jG/s1600/4D4FBBCE-EA6A-424F-A737-90B156191645_1_201_a.jpeg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="1165" data-original-width="1600" height="233" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEizBNzlCrIeAvss9K_vkWBwvdnWRTDmnbokDW7j1HGYDYJ4XVN4Rn-SgONC8ZxZDFX5qvhT46dn7ZlhcRmHEAHaahs4Hj8EymlQyVabqdnOGYimnjOotrhsESwNTNxb1WyMfgvQ8jjyN1jG/s320/4D4FBBCE-EA6A-424F-A737-90B156191645_1_201_a.jpeg" width="320" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Grave, gezien vanaf de overzijde van de Maas</span></td></tr>
</tbody></table>
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;"><br /></span></div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
</div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;">Grave ligt strategisch aan de Maas en wordt omringd door wallen en grachten. Het kent een lange geschiedenis van belegeringen en verwoestingen: het is de meest belegerde vestingstad van Nederland. Hoe schilderachtig het stadje op verschillende plaatsen ook oogt, uit de tijd van de Gelderse hertogen is er vrijwel niets over. Het ligt bovendien wat bezijden de doorgaande verkeersroutes. Snelwegen gaan met een ruime boog om Grave heen en de spoorlijn die er zou komen – in 1846 werd er een concessie afgegeven voor een spoorlijn van Nijmegen naar ’s-Hertogenbosch over Grave en Veghel – kwam er niet, door desinteresse van Grave en door actieve pogingen van Oss om de spoorlijn langs die plaats te laten lopen. Oss heeft tegenwoordig ruim 90.000 inwoners, Grave telde 8.715 inwoners op 1 januari 2019.</span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;">Grave was in de late middeleeuwen een stad in het land van Cuijk dat maar relatief kort deel uitmaakte van het hertogdom Gelre: in 1400 werd het verworven van de heer van Cuijk, in 1481 is het verloren gegaan aan de hertog van Brabant. Voor een stad die zo kort Gelders was, heeft het een uitzonderlijk grote rol in de geschiedenis gespeeld: het was de geboorteplaats van een latere Schotse koningin (Maria van Gelre, 1434-1463), van een hertogin van Lotharingen (Filippa van Gelre, 1467–1547) en van twee Gelderse hertogen (Adolf van Egmont, 1438-1477 en Karel van Gelre, 1467–1538). Het was ook de stad die haar poorten gesloten hield voor Maria van Gelre toen ze Grave wilde binnengaan na de dood van haar man Reinald IV van Gulik en Gelre in 1423. Maar bovenal was de stad het toneel van het hoogtepunt van een dynastiek drama dat niet onderdoet voor de koningsdrama’s van Shakespeare.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;"><br /></span></div>
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjYijRUNaJirrcIPDAgIrlrmeC5u0xEn49H8MZgNhiSHMI1bMVkjbFW4eV9SSuAE0PUXqdXuAy-CVoHxSttkOmQGl0u-DCQvqls0N4sFV6jOIRxdXEM35KnXzuAnEM7qBDNt-qsRAU4J6sN/s1600/Rembrandt_-_Samson_threatened_his_father-in-law_-_Google_Art_Project-2.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="1600" data-original-width="1304" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjYijRUNaJirrcIPDAgIrlrmeC5u0xEn49H8MZgNhiSHMI1bMVkjbFW4eV9SSuAE0PUXqdXuAy-CVoHxSttkOmQGl0u-DCQvqls0N4sFV6jOIRxdXEM35KnXzuAnEM7qBDNt-qsRAU4J6sN/s400/Rembrandt_-_Samson_threatened_his_father-in-law_-_Google_Art_Project-2.jpg" width="325" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Rembrandt. Simson bedreigt zijn schoonvader. Berlijn, Gemäldegalerie.</span></td></tr>
</tbody></table>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: left;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="color: #1d2129; font-size: 10.5pt;">Vanaf 1423 was de toen dertienjarige Arnold van Egmond hertog van Gelre. Hij was geen krachtige bestuurder en al gauw verloor hij greep op de gebeurtenissen. In 1450 ging hij voor twee jaar op bedevaart naar Jeruzalem en na terugkeer – zijn vrouw Catharina van Kleef had het hertogdom bestuurd – stonden de zaken er niet veel beter voor. Catharina stuurde aan op een pro-Bourgondische koers, waarvoor Arnold niet voelde, en vanaf 1459 brak er oorlog uit in het hertogdom waarbij Adolf, de zoon van Arnold, gesteund door zijn moeder, de opstand tegen zijn vader aanvoerde. In 1465 kwam de strijd tot een apotheose: Adolf zette zijn vader gevangen en regeerde vanaf nu als hertog. Het verhaal van de gevangenname sprak sterk tot de verbeelding. Kroniekschrijvers wijdden uit over deze episode, in</span><span style="color: #1d2129; font-size: 10.5pt;"> </span><i style="color: #1d2129; font-size: 10.5pt;">Mariken van Nieumeghen</i><span style="color: #1d2129; font-size: 10.5pt;"> </span><span style="color: #1d2129; font-size: 10.5pt;">speelt het conflict tussen vader en zoon een rol, en in de negentiende eeuw meende men dat een schilderij van Rembrandt (nu in de Gemäldegalerie Berlijn) de beschimping door Adolf van zijn vader voorstelde. Nu weten we dat het de bedreiging door de bijbelse Simson van zijn schoonvader laat zien.</span></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;"><br /></span></div>
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgewhIsqVwsNy4E_sS9u14YOC93OKku9j_fLfrRLki-_FGqj4lngJsywoBkcbcUk3ZWm6I4rjn5mqb2RXC57cjAe6_X8f6m7t6deKZpihnAxH3or1XjHSM8e87YrCmvR2VtRmf5lqbMUjAB/s1600/E3E70548-27FE-48FE-949B-D3952FA60F97_1_201_a.jpeg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="1536" data-original-width="1600" height="383" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgewhIsqVwsNy4E_sS9u14YOC93OKku9j_fLfrRLki-_FGqj4lngJsywoBkcbcUk3ZWm6I4rjn5mqb2RXC57cjAe6_X8f6m7t6deKZpihnAxH3or1XjHSM8e87YrCmvR2VtRmf5lqbMUjAB/s400/E3E70548-27FE-48FE-949B-D3952FA60F97_1_201_a.jpeg" width="400" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Grave, Sint_Elisabethkerk</span></td></tr>
</tbody></table>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;">In Grave is maar weinig te zien van die roemruchte Gelderse periode. De Sint-Elisabethkerk is de meest tastbare getuige. Na een verwoestende stadbrand in 1416, werd de oude Elisabethkerk die grotendeels verloren was gegaan, herbouwd. Hertog Arnold speelde daarbij een belangrijke rol, in de zestiende eeuw werd de kerk uitgebreid en was het de grootste kruiskerk van Nederland. Tijdens de Franse belegering in 1674 werden toren en middenschip verwoest. Nu nog zijn de contouren van de oorspronkelijke kerk goed te zien. Arnold, die zich zo inspande voor de herbouw van de kerk, werd er ook begraven. Een indrukwekkend grafmonument hield zijn herinnering levend, tot het in 1794 werd verwoest. In 1802 liet het stadbestuur een nieuw monument maken. Grave koestert nog steeds de herinnering aan Arnold die hier opgroeide aan het hof van hertogin Maria van Gelre (1380-1429), die graag en veelvuldig in deze stad verbleef en die er in 1465 door zijn zoon gevangen werd genomen.</span></div>
<span style="color: #1d2129; font-family: "georgia" , "times new roman" , serif; font-size: 10.5pt;">Vanmiddag, precies 602 jaar nadat Grave met 21 andere Gelderse steden (en met 139 edellieden) in opstand kwam tegen hertog Reinald IV, was de kerk open. Het orgel klonk en er geurde wierook. Ik liep even naar binnen en zag het monument uit 1802, maar het was er te donker en het monument was te ver van de plek waar ik stond om het goed te zien</span>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-38184836950578665462020-05-03T21:19:00.003+02:002020-09-02T09:19:01.296+02:00Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Gendt, 20 april<div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Tweeëntwintig Gelderse steden sloten zich in 1418 aan bij het verbond tegen hun hertog. Zij behoorden tot de zegelaars van de zogenaamde verbondsbrief. In mijn onderzoek naar Maria van Gelre en haar tijd, speelt die Verbondsbrief een belangrijke rol. De onderhandelingen die erop volgden, werden gevoerd door Maria, niet door de hertog. Toen in oktober 1419 het hof met een officiële brief antwoordde, was deze voorzien van het zegel van de hertogin, niet dat van de hertog: een heel ongebruikelijke omstandigheid.</span></div><div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="caret-color: rgb(0, 0, 0); font-family: -webkit-standard; margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody><tr><td><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhVft8Zdh8EANaY8LdfTLSpUovbA-hMGT17vHcGCrDh2rbbuXab6DwJpk7OinV-EXFqnbNs8O3xQPXMwWlcGgdBCPBKYxuN1_7ApHwQBoF1m9Of5XVzzpHpcBP4kew3KDQWVaHVevTFAvsv/s1600/94030761_2896777560406419_5286785487866953728_o.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><img border="0" data-original-height="720" data-original-width="960" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhVft8Zdh8EANaY8LdfTLSpUovbA-hMGT17vHcGCrDh2rbbuXab6DwJpk7OinV-EXFqnbNs8O3xQPXMwWlcGgdBCPBKYxuN1_7ApHwQBoF1m9Of5XVzzpHpcBP4kew3KDQWVaHVevTFAvsv/s400/94030761_2896777560406419_5286785487866953728_o.jpg" width="400" /></span></a></td></tr><tr><td class="tr-caption"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Toren en koor van de middeleeuwse kerk te Gendt<br /></span></td></tr></tbody></table></span></div><div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px; margin-top: 6px;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"><span style="caret-color: rgb(0, 0, 0);">Die tweeëntwintig steden waren verdeeld over het hele hertogdom: van Hattem in het noorden tot het piepkleine Nieuwstadt in het zuiden, en van het westelijk gelegen Zaltbommel tot Groenlo in het oosten. In de zomer van 2019 had ik veel van die steden bezocht, de meeste tijdens mijn fietstochten in de ruime omgeving van Nijmegen. Ik zou ze allemaal moeten aandoen, eerst maar eens tijdens afzonderlijke tochten, en misschien uiteindelijk in een grote meerdaagse rondrit langs al die steden: de Gelderse tweeëntwintigstedentocht. In 2020 zou ik dan die afzonderlijke tochten maken, een jaar later, als het allemaal zou lukken, de grote ronde: zo’n 700 kilometer vanuit Nijmegen naar Goch, Geldern, Erkelenz, Nieuwstadt, Roermond, Venlo, Grave, Maasbommel, Zaltbommel, Tiel, Wageningen, Harderwijk, Elburg, Hattem, Zutphen, Lochem, Groenlo, Doetinchem, Doesburg, Arnhem en Gendt om weer te eindigen in Nijmegen. Eind 2019 zegde ik toe in de zomer een blog te schrijven voor het Verhaal van Gelderland over die afzonderlijke tochten die ik in voorjaar en vroege zomer van 2020 wilde maken. Maar toen kwam de Corona-quarantaine. Fietsen is nog wel mogelijk, maar al die steden zou niet lukken. En toch ben ik maar begonnen. Ik schrijf de komende tijd stukken over de tochten die ik wél maak, en als het meezit lukt me toch wel voor het einde van dit jaar alle tweeëntwintig steden aan te doen. Daarbij sta ik mezelf dan wel toe, als het weer kan, af en toe de trein te pakken – vanuit Nijmegen naar Nieuwstadt op de fiets en dan de trein terug – of te overnachten en dan verder te trekken.</span></span></div><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><img border="0" data-original-height="720" data-original-width="960" height="300" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjQcvtHhwEChIo9U8DKI9VGN5vjJ-E5lZ61mqNu2B3OXxtLTjau6efQuCTWaxYgLgtLYL5OvWFKwP_21fGE0gw_Wv-vI0AAopRIMubiRAFEs1RR_yyOSTrp1kZ7tpzWg9DSHNvVlYhps7P9/s400/93644598_2896777990406376_291886802069880832_o.jpg" style="caret-color: rgb(0, 0, 0); color: black; margin-left: auto; margin-right: auto;" width="400" /></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Woontoren van het voormalige kasteel Poelwijk te Gendt</span></td></tr></tbody></table><div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px; margin-top: 6px; text-align: center;"><span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;"></span></div><div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px; margin-top: 6px;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Vandaag ben ik begonnen met een korte rit naar het stadje dat het dichtst bij Nijmegen ligt: Gendt. Vrijwel niemand die Gendt bezoekt zal denken dat dit een stad is en uit de middeleeuwen is er maar weinig over: een kerk waarvan alleen de toren en het koor nog resteren, en een voormalig kasteel, Poelwijk, waarvan enkel de woontoren nog over is. </span><span style="font-family: georgia, "times new roman", serif;">Ook in 1418 was het maar een heel klein stadje met hooguit duizend inwoners. Onder de steden van het kwartier van Nijmegen, een van de delen van het hertogdom Gelre, wordt het als laatste genoemd. Toch kende Gendt al een lange geschiedenis.</span></div><div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; font-size: 14px; margin-bottom: 6px; margin-top: 6px;"><table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><tbody><tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgAxMDKqhOg38eWEQYm0YCuBtdDWGOtcHHDBTud_Z9eNHHgHMTFamvnY3nHrPsTKRcWGOBzmMUAehHyJj3iJ3-pv2K84_knsr4T1UczmH_zY4iNyvINCLGGJFHxQuFbtxwDylfvMkAlsevm/s1839/Boekenlijst+Gerward.jpg" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><img border="0" data-original-height="1839" data-original-width="1078" height="640" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgAxMDKqhOg38eWEQYm0YCuBtdDWGOtcHHDBTud_Z9eNHHgHMTFamvnY3nHrPsTKRcWGOBzmMUAehHyJj3iJ3-pv2K84_knsr4T1UczmH_zY4iNyvINCLGGJFHxQuFbtxwDylfvMkAlsevm/s640/Boekenlijst+Gerward.jpg" /></a></td></tr><tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;">Boekenlijstje van Gerward van Gent. Handschrift Vaticaan, Biblioteca Apostolica Vaticana, Pal. lat. 1877 </td></tr></tbody></table><span style="font-family: georgia, "times new roman", serif;">In de tijd waarin Karel de Grote meer dan eens in Nijmegen resideerde, had Gendt al een versterkte burcht. Enkele decennia later moet Gerward van Gendt daar geleefd hebben. Hij behoorde tot de entourage van Lodewijk de Vrome, de zoon en opvolger van Karel, en was vermoedelijk diens bibliothecaris. Gerward reisde door heel Europa, en was in het midden van de negende eeuw monnik van het klooster Lorsch in Zuid-Duitsland. Toen in 860 aan de catalogus van de bibliotheek van dat klooster werd gewerkt, werd melding gemaakt van twintig boeken die recent aan de collectie waren toegevoegd. Het betrof boeken die afkomstig waren uit Gerwards privébibliotheek, die zich nog te Gendt bevond. Kort na zijn overlijden moet er iemand naar Gendt zijn gestuurd, zo blijkt uit een aantekening in de catalogus van Lorsch: Hos libros repperimus in Gannetias, quos Geruuardus ibidem reliquit et ab inde huc illos transtulimus, “Deze boeken hebben wij aangetroffen te Gendt, welke Gerward daar achterliet en die wij vandaar hier naartoe hebben gebracht”. Gerwards twintig boeken, vormen de oudste bibliotheek uit Nederland waarvan bekend is uit welke boeken hij bestond (en waarover veel meer te schrijven valt).</span></div>
<div style="caret-color: rgb(29, 33, 41); color: #1d2129; display: inline; font-size: 14px; margin-top: 6px;">
<span style="font-family: "georgia" , "times new roman" , serif;">Informatie over Gerward ontleend aan <a href="http://www.biografischwoordenboekgelderland.nl/bio/5_Gerward_van_Gendt?fbclid=IwAR3FdzhLveJXc6eWEU2u4-Kyo6TNflONbs3TurhR5-dYnX7cX3A-KhXSutk" target="_blank">R.M. Kemperink, Gerward van Gendt</a>. Eerste helft 9de eeuw-, Keizerlijk bibliothecarius en Monnik, in: Biografisch Woordenboek van Gelderland.</span></div>
Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-23434709941092935782020-03-27T15:52:00.001+01:002020-05-07T00:19:59.355+02:00Pavanen tussen de beesten<h4>
<span style="font-family: Georgia, "Times New Roman", serif;">Mijn’ huijsingh tot Beeckberghen</span></h4>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer achtien Peerden staen en byten dagh en nacht<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">In ’t hoy, of Peerd in Peerd: daer deser beesten wacht<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Met Rossen en met slaen noch meer tiert dan de beesten:<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer een’ keel onder loeijt, als d’onderaerdsche Geesten,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Van een verhongert Kalf; daer kinders drij of vier<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Of in of om de wiegh en om een’ roockend vier,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">In ’t midden van een’ Schuer (men weet'er van geen’ Schouwen)<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Een luijsighe Musijck van halve toonen houwen;<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer een’ Catt onder meewt, daer een Haen onder kraeijt,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer ’t door de daken druijpt, daer ’t door de wanden waeijt,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer twee drij Heeren staegh op vijf sess knechten kijven;<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer ’t Boeren hofgesinn met meissens en met wijven<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Met Klomp en Boter-keern en met een’ vuijle pann<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">All doet wat ijemands haer te berghen setten kan,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">En all wat Noah self kost van syn’ Arck vermanen,<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Daer maeckten ick dit Dicht, en drij of vier Pavanen.<o:p></o:p></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span></div>
<div class="MsoNormal" style="margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Dieren 25. Octob.</span></div>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">"<span style="font-size: 12pt;">en drij of vier Pavanen". Dit zijn de slotwoorden van een gedicht dat me heel dierbaar is en dat geschreven is door de dichter bij wie ik altijd weer terugkom: Constantijn Huygens, die zijn kunstenaarschap zag als tijdverdrijf in zijn drukke bestaan als diplomaat, als verlichting in tijden van hectiek. Huygens reisde veel, op diplomatieke missies door heel Europa en tijdens militaire expedities in het gevolg van de stadhouder, Frederik Hendrik.</span></span><br />
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif; font-size: 12pt;">Na de dood van Frederik Hendrik in 1647 trad Huygens in dienst van stadhouder Willem II. In de eerste jaren na 1647 verbleef Huygens veel in en rond Den Haag, maar in 1650 was hij weer vaak op reis, meestal in het gevolg van Willem II.</span><br />
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif; font-size: 12pt;">In oktober trok hij met de stadhouder naar Arnhem, Zutphen en Dieren. Willem werd ziek tijdens deze reis en op 28 oktober werd hij van Dieren naar Den Haag overgebracht. Huygens volgde enkele dagen later. Op 6 november overleed de jonge vorst op 24-jarige leeftijd. In zijn dagboek schreef Huygens: 'Miserere populi hujus et mei, o Magne Deus' (Heb genade met zijn volk en met mij, o Machtige God).</span><br />
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="font-size: 12pt;"><br /></span>
</span><br />
<table align="center" cellpadding="0" cellspacing="0" class="tr-caption-container" style="margin-left: auto; margin-right: auto; text-align: center;"><tbody>
<tr><td style="text-align: center;"><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjifSruZTDBORB3g3V-b3Otum7QoXMTTqWq0TPHdcnYDAp50RH1JqPOVOwCgiHU4g2IeUodEi82_ZCUaAAt76SvpXg9JFJkSzCezTvcPHRR-KyRKmZy1GAhmykbm5oUca2oNayzw8ohBPcT/s1600/00042501.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: auto; margin-right: auto;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><img border="0" data-original-height="986" data-original-width="1600" height="196" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjifSruZTDBORB3g3V-b3Otum7QoXMTTqWq0TPHdcnYDAp50RH1JqPOVOwCgiHU4g2IeUodEi82_ZCUaAAt76SvpXg9JFJkSzCezTvcPHRR-KyRKmZy1GAhmykbm5oUca2oNayzw8ohBPcT/s320/00042501.jpg" width="320" /></span></a></td></tr>
<tr><td class="tr-caption" style="text-align: center;"><span style="background-color: rgba(204 , 204 , 204 , 0.6); color: #333333; font-family: Georgia, Times New Roman, serif; font-size: 12px;">De zoon van de dichter, Constantijn Huygens jr. (1628 - 1697), bezocht Beekbergen in 1675 en maakte er op 31 december een tekening van het dorp dat zijn vader 25 jaar eerder bezocht.</span><br />
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="text-align: start;"><span style="color: #333333; font-family: "aphont" , "arial" , "microsoft yahei" , , "stxihei" , , sans-serif;"><span style="background-color: rgba(204, 204, 204, 0.6); caret-color: rgb(51, 51, 51); font-size: 12px;">The J. Paul Getty Museum, Los Angeles</span></span></span><span style="text-align: left;"><br /></span></span></td></tr>
</tbody></table>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="font-size: 12.800000190734863px;"><span style="font-family: "calibri" , sans-serif; font-size: small;">Een paar dagen voor zijn vertrek uit Dieren mijmerde Huygens over zijn verblijf te Beekbergen, vermoedelijk een paar dagen eerder. "</span></span><span style="font-size: 12pt;">Mijn’ huijsingh tot Beeckberghen" zal het tijdelijke onderdak zijn geweest dat hij daar vond. Wat we ons bij de lokatie moeten voorstellen wordt duidelijk uit het gedicht: Huygens situeert het in een schuur waar dieren rondscharrelen en kabaal maken, waar de bewoners temidden van de dieren verblijven, waar middenin de ruimte een vuur brandt (men is er niet bekend met een schouw) en waar de kinderen een 'luijsighe musijck' voortbrengen. Het metrum in de tweede helft van het gedicht wordt meer staccato waarmee nog wordt onderstreept dat we hier niet te maken hebben met een boerenland-idylle, maar met een pandemonium dat reminiscenties oproept aan de wereld van voor de zondvloed.</span></span><br />
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="font-size: 12pt;"><br /></span>
<span style="font-size: 12pt;">Huygens schreef een anti-pastoraal gedicht: de wereld op het land is niet lieflijk maar onbeschaafd en luidruchtig. Maar hij, de dichter en componist uit liefhebberij die streefde naar evenwicht en standvastigheid, kan zelfs daar dichten en componeren. Hij schreef er drie of vier pavannes (plechtige dansen) en het gedicht dat de lezer voor zich heeft ("dit Dicht"). Zoals vaker schrijft Huygens over zijn eigen dichterschap, dat temidden van een druk leven voor afleiding zorgt. Temidden van een wereld waarin de haren ons te berge rijzen, schept de poëzie en de muziek wat afleiding. Dat is de betekenis van kunst volgens Huygens in dit ontroerende en geraffineerde gedicht.</span></span><br />
<span style="font-family: "calibri" , sans-serif; font-size: 12pt;"><br /></span>
<span style="font-family: "calibri" , sans-serif; font-size: 12pt;"><br /></span>
<br />
<div class="MsoNormal" style="font-family: Calibri, sans-serif; margin: 0cm 0cm 0.0001pt;">
<br /></div>
<br />
<span style="font-family: "calibri" , sans-serif; font-size: 12pt;"><br /></span>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-75039342211665237302018-03-26T20:39:00.002+02:002020-05-07T00:20:22.307+02:00Turn. Cultural? Historical?<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;">Er is iets opvallends gaande in de wereld van de letterkundige neerlandistiek. In razend tempo verschijnen er boeken waarvan je niet zou vermoeden dat ze zijn geschreven door hoogleraren letterkunde als dat niet op de achterkant stond. <i>De Daf van mijn vader</i> is een '<span style="background-color: white; color: #31312f;">een bijzonder verhaal over het naoorlogse Nederland aan de hand van de Daf. De introductie ervan, in 1958, was een duizelingwekkende prestatie. Vanuit het niets, in een land zonder noemenswaardige industriële traditie, was er opeens dat Nederlandse autootje met het "pientere pookje'.' Thomas Vaessens beoefent hier cultuurgeschiedenis van de goede soort, die aansluit bij de prachtige boeken van Neil MacGregor (met </span><span style="background-color: white; color: #31312f;"><i>Germany, Memories of a Nation</i> als hoogtepunt) </span><span style="background-color: white; color: #31312f;">waarin objecten het uitgangspunt vormen. Kort nadien verscheen van Geert Buelens </span><span style="background-color: white; color: #31312f;"><i>De jaren zestig: een cultuurgeschiedenis</i>. Buelens, die met zijn eerdere<i> </i></span></span><span style="background-color: white; color: #31312f;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><i>Europa Europa !</i> al ver buiten de grenzen van de Nederlandse letterkunde was getreden, gaat nu een paar stappen verder en schrijft een even omvangrijk als wijdreikend boek over een bewogen decennium vol ontwikkelingen die zorgden '</span></span><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><span style="background-color: white; color: #31312f;">voor een omwenteling van waarden</span><span style="background-color: white; color: #31312f;">'. En vandaag zag ik de aankondiging van weer een boek van een hoogleraar Nederlandse letterkunde. Van Jan Konst verschijnt in april </span></span><span style="color: #31312f;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><i>De wintertuin </i></span></span><span style="color: #31312f; font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif; font-size: small;"><i>een Duitse familie in de lange twintigste eeuw.</i> Het boek volgt het leven van Hilde Grunewald, geboren in 1902 in Meißen, die keizertijd, Weimarrepubliek, twee wereldoorlogen en de opkomst en ondergang van de DDR meemaakte. Konst verhaalt over '</span><span style="background-color: white; color: #31312f;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif; font-size: small;">het leven van Hilde, haar ouders, haar kinderen en kleinkinderen, gewone mensen met een ongewone geschiedenis.' Grote en kleine geschiedenis dooreen.</span></span></span><br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjn4JQYkIRguDCsSieXB5roKLkR4m4wu1P9HR367TVSvqPpLZuzvKZRHoLPx5mwnIHQZCDnh9_925w2jBDpNn0-5RkIl_YEzv4y8ryxRRx3CnOm3x4JghGxIayoyEiOT1AKaliVjfE1KJYx/s1600/9200000057065404.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><img border="0" data-original-height="840" data-original-width="547" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjn4JQYkIRguDCsSieXB5roKLkR4m4wu1P9HR367TVSvqPpLZuzvKZRHoLPx5mwnIHQZCDnh9_925w2jBDpNn0-5RkIl_YEzv4y8ryxRRx3CnOm3x4JghGxIayoyEiOT1AKaliVjfE1KJYx/s320/9200000057065404.jpg" width="208" /></span></a></div>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhUiruPLr_t_y592RyWpRVA2gzxSpGLmWx59v2I-dIomsGXvT4YHE6-IKUsburimACgKK_CuwuLF4kwa6OtPs5Loz1yrEKnzHf-OWhCbHC1txVIOdYVncSL8GzZWhQJoAP97vfspdBBVbAS/s1600/9200000079270440_1.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><img border="0" data-original-height="840" data-original-width="525" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhUiruPLr_t_y592RyWpRVA2gzxSpGLmWx59v2I-dIomsGXvT4YHE6-IKUsburimACgKK_CuwuLF4kwa6OtPs5Loz1yrEKnzHf-OWhCbHC1txVIOdYVncSL8GzZWhQJoAP97vfspdBBVbAS/s320/9200000079270440_1.jpg" width="200" /></span></a></div>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhou_lSbGijAgxiBaFNWvBMEUtXZrWwFHJVr56uaICfdSt5EvEhxNJnFKr-2nQBO7Hm0h5Z2vIaGyEdEl0v6nftFfthWRAdb9W-jzQc_oL_rZroMAS5MNqfbMteUioAFKplAR173dCJOUdg/s1600/9200000085063641.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><img border="0" data-original-height="824" data-original-width="550" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhou_lSbGijAgxiBaFNWvBMEUtXZrWwFHJVr56uaICfdSt5EvEhxNJnFKr-2nQBO7Hm0h5Z2vIaGyEdEl0v6nftFfthWRAdb9W-jzQc_oL_rZroMAS5MNqfbMteUioAFKplAR173dCJOUdg/s320/9200000085063641.jpg" width="213" /></span></a></div>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><br /></span>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgPODr5MKU9M9I7Wrn1cFlgRu_Tq6V_nUCytdtoZHeklMsMr5JvCevJcTF5Ni0M13iAYC5hdrQzDPH2fm9iovYpXL0X002axKDJCuC-kCYvg1vL5EG101dEthr6YbLFP55mO0KfoRYvgt5y/s1600/9200000085153625.jpg" imageanchor="1" style="margin-left: 1em; margin-right: 1em;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><img border="0" data-original-height="840" data-original-width="528" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgPODr5MKU9M9I7Wrn1cFlgRu_Tq6V_nUCytdtoZHeklMsMr5JvCevJcTF5Ni0M13iAYC5hdrQzDPH2fm9iovYpXL0X002axKDJCuC-kCYvg1vL5EG101dEthr6YbLFP55mO0KfoRYvgt5y/s320/9200000085153625.jpg" width="201" /></span></a></div>
<div>
<span style="background-color: white;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif; font-size: small;"><br /></span></span></div>
<div>
<span style="background-color: white;"><span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif; font-size: small;"><br /></span></span></div>
<div>
<span style="font-family: Georgia, Times New Roman, serif;"><span style="background-color: white;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif; font-size: small;">Eerder al verscheen van Frits van Oostrom het prachtige </span></span><span style="color: #31312f;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><i>Nobel streven. </i></span></span><span style="color: #31312f; font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif; font-size: small;"><i>het onwaarschijnlijke maar waargebeurde verhaal van ridder Jan van Brederode</i>. Het is het enige van de genoemde boeken dat ik al volledig gelezen heb, en met enorme bewondering. Een schoolvoorbeeld van geschiedschrijving die recht doet aan de bronnen, inzicht geeft in hoe geschiedschrijving plaatsvindt, en geen moment twijfel laat ontstaan over de vraag waarom we ons bezighouden met ons verleden. Het is van al deze boeken nog het meest neerlandistische, want Jan van Brederode was niet alleen een ridder die '</span><span style="background-color: white; color: #31312f;"><span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif; font-size: small;">naar Ierland reisde om in een onderaardse grot het helse vagevuur van Sint Patricius te voelen' maar hij bracht ook jaren door 'in het klooster, waarin hij een sprankelende Middelnederlandse tekst schreef.' Die Middelnederlandse tekst, <i>Des Coninx Summe</i> speelt in het boek zeker geen bijrol, maar als geheel is <i>Nobel Streven</i> toch eerder een biografie of een cultuurgeschiedenis dan een literair-historische studie.</span></span></span></div>
<div>
<span style="font-family: "helvetica neue" , "arial" , "helvetica" , sans-serif;"><span style="background-color: white; font-family: Georgia, Times New Roman, serif;">Zijn de hoogleraren uitgekeken op de Nederlandse letterkunde als zodanig, en is het niet veelzeggend dat ook ikzelf werk aan een tentoonstelling en boek waarin een middeleeuwse hertogin centraal staat, en waarin de literatuur niet afwezig is maar toch een van de vele bijzaken vormt? Ik durf nog niet tot een definitief oordeel te komen, al weet ik uit ondervinding hoe aantrekkelijk het is de vleugels breder uit te slaan. In elk gevaal denk ik dat deze ontwikkeling een illustratie vormt van het feit dat de Nederlandse literatuur steeds minder als een op zichzelf staande wereld functioneert. In boekhandels liggen romans, sportboeken en historische studies zij aan zij, en Nederlandse en vertaalde werken zijn evenmin nog scherp van elkaar gescheiden. Misschien is er voorzichtig een trend te bespeuren, maar of er werkelijk sprake is van een nieuwe richting in de letterkundige Neerlandistiek? In elk geval kijk ik erg uit naar de biografieën van Jan Walravens en Jacob Cats van hand van mijn goede collega's Jos Joosten en Johan Koppenol.</span></span></div>
Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-50489677005452123322018-03-21T16:39:00.000+01:002020-05-07T00:20:43.862+02:00Als je om Maria van Gelre geeft, als je van muziek houdt!<div style="color: #666666; font-family: system-ui, -apple-system, BlinkMacSystemFont, ".SFNSText-Regular", sans-serif; font-size: 12px; margin-top: 1em;">
<br /></div>
<div style="color: #666666; font-family: system-ui, -apple-system, BlinkMacSystemFont, ".SFNSText-Regular", sans-serif; font-size: 12px; margin-top: 1em;">
mdat ik enorm van muziek houd en omdat ik een goede vrouwenschola ken, Voces Caelestes, heb ik Daan Manneke gevraagd een compositie te maken voor Voces op teks<span class="text_exposed_show" style="display: inline; font-family: inherit;">ten die te maken hebben met Maria van Gelre. Tombeau pour Maria van Gelre, heet het werk. De compositie is gereed en in oktober gaat het in première, in Museum Het Valkhof.</span></div>
<div style="color: #666666; font-family: system-ui, -apple-system, BlinkMacSystemFont, ".SFNSText-Regular", sans-serif; font-size: 12px; margin-top: 1em;">
<span class="text_exposed_show" style="display: inline; font-family: inherit;">Van dit werk moet er ook een mooie uitgave komen, en dat kost geld. Wie wil bijdragen? Ik zoek twintig mensen die 100 Euro willen bijdragen. Wat krijg je daarvoor? De uitgave, gesigneerd en met een opdracht van Daan Manneke, en een uitnodiging voor de première. Je wordt daar ontvangen door Daan Manneke, door Voces Caelestes en door mij.<br />Heb je belangstelling, mail dan naar mariavangelre@ru.nl</span></div>
<div class="text_exposed_show" style="color: #666666; display: inline; font-family: system-ui, -apple-system, BlinkMacSystemFont, ".SFNSText-Regular", sans-serif; font-size: 12px;">
<div style="font-family: inherit; margin-top: 1em;">
Wie wil bijdragen kan dit doen door €100 over te maken op:<br />
Stichting Radboud Fonds, NL84 ABNA 0248 6906 55. Vermeld hierbij als omschrijving: "Maria van Gelre - Tombeau". Geef verder graag adresgegevens door via mariavangelre@ru.nl</div>
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhlE6rC1aqtKgfrHiJ71ifGHS7bkDVc-zluFCA_5d6qnigd38oXZHqi2TD8rnrLl1IkozEalljwoBUmPUWKqyLvrOI9irez-666DH6dnjSeFYExytKVZ4DDRWkyZCcSESgvfRnjrXIF8pfZ/s1600/28783128_1599277916807131_3888700507244781718_n.jpg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" data-original-height="960" data-original-width="678" height="640" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhlE6rC1aqtKgfrHiJ71ifGHS7bkDVc-zluFCA_5d6qnigd38oXZHqi2TD8rnrLl1IkozEalljwoBUmPUWKqyLvrOI9irez-666DH6dnjSeFYExytKVZ4DDRWkyZCcSESgvfRnjrXIF8pfZ/s640/28783128_1599277916807131_3888700507244781718_n.jpg" width="451" /></a></div>
</div>
Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-72775863725923248802015-11-02T21:39:00.000+01:002015-11-03T08:37:12.165+01:00Vrijdagmiddagvondst<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEilerb-lSEg9utmdKoVQletXkVRAtDMt690WOGCFbliDYej2u59oeU-jvGw2YfVhnon6fNvctLn3-AxgKEGjpfXj4sv5kahBJqEzPbJTkHo9sfT1lH-6XRgIb2BfR9RT1nWmXmd1YiMEtHM/s1600/btv1b550094367-2.jpeg" imageanchor="1" style="clear: right; float: right; margin-bottom: 1em; margin-left: 1em;"><img border="0" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEilerb-lSEg9utmdKoVQletXkVRAtDMt690WOGCFbliDYej2u59oeU-jvGw2YfVhnon6fNvctLn3-AxgKEGjpfXj4sv5kahBJqEzPbJTkHo9sfT1lH-6XRgIb2BfR9RT1nWmXmd1YiMEtHM/s400/btv1b550094367-2.jpeg" width="271" /></a>Het moet ergens begin 1992 zijn geweest. Ik was al een heel eind op weg met het onderzoek voor mijn proefschrift over berijmde Middelnederlandse gebeden. Grondig gezocht in allerlei naslagwerken, de Bibliotheca Neerlandica Manuscripta helemaal doorgenomen, en af en toe in verloren uurtjes catalogi doorgebladerd. En zo stuitte ik op een goede vrijdagmiddag op een foto van handschrift 565 in de Parijse Bibliothèque de l'Arsenal. Geen verwijzing naar de inhoud, geen concrete vermelding van berijmde gebeden, maar een Vlaamse handschrift met pre-Eyckiaanse marge-decoratie en een prozatekst in het Nederlands. Uit ervaring wist ik inmiddels dat dergelijke handschriften, vervaardigd in Brugge, heel vaak gebeden op rijm bevatten. Ik vertelde mijn observatie daarom aan Pieter Obbema, conservator van de westerse handschriften, en hij beloofde me een microfilm van dit handschrift te bestellen. 'En zo gauw die film binnen is, wil ik samen met je kijken om te zien of je veronderstelling klopt', voegde hij eraan toe.<br />
<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhDNkJgxrrv4E_ZqVwUYTEjUD-8WOMv7RcqeAKBsoSGNLQsurJMcQOMh7D_8hwKmWksj5aYl26Fl5ZfHuTbpkmZKst0rSnLwf5hcGclDf8cgpUBrnHq_ozCfunzldM5EqbNRb32J9M61Ajd/s1600/btv1b550094367.jpeg" imageanchor="1" style="clear: right; float: right; margin-bottom: 1em; margin-left: 1em;"><img border="0" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhDNkJgxrrv4E_ZqVwUYTEjUD-8WOMv7RcqeAKBsoSGNLQsurJMcQOMh7D_8hwKmWksj5aYl26Fl5ZfHuTbpkmZKst0rSnLwf5hcGclDf8cgpUBrnHq_ozCfunzldM5EqbNRb32J9M61Ajd/s400/btv1b550094367.jpeg" width="273" /></a></div>
Toen weken later de microfilm arriveerde, berichtte hij me, en hebben we samen de film in een leesapparaat gedraaid. Mijn vermoeden klopte. Uiteindelijk telde ik 25 berijmde gebeden in dit mooi verluchte handschrift dat bovendien een afbeelding van de opdrachtgevers bevat en de afbeelding van hun wapenschild met devies: 'En laet gheen croonen dalen'. Het is me helaas tot op heden niet gelukt de welgestelde eerste bezitters te identificeren.<br />
Wel heeft het handschrift op twee tentoonstellingen gelegen waarbij ik betrokken was: in 1993 op de Leuvense tentoonstelling 'Vlaamse miniaturen voor Van Eyck', twintig jaar later, in 2013, op de grote Brugse tentoonstelling over het Gruuthuse-handschrift. Nu is het digitaal door te bladeren. Misschien moet ik binnenkort ook maar eens de transcripties die ik ruim twintig jaar geleden maakte, online plaatsen. In elk geval zijn nu de mooie miniaturen, het wapenschild met devies, de gebeden op rijm en die hele verdere rijkdom aan teksten te bekijken voor wie maar wil. Op het gebeid van digitalisering doet de Bibliothèque Nationale de France geweldig werk (beter, durf ik wel zeggen, dan de British Library).<br />
<br />
<br />
Parijs, Bibliothèque de l'Arsenal, Ms 565<br />
Brugge, ca 1410<br />
Gebeden, Latijn en Nederlands<br />
<br />
Gedigitaliseerd in gallica.fr<br />
<a href="http://gallica.bnf.fr/ark:/12148/btv1b550094367" target="_blank">http://gallica.bnf.fr/ark:/12148/btv1b550094367</a><br />
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiYJxARCty6MC4i3kmDbOySmfjYLN8RwXhJzlZQ8tOc0vtVL-DBvhr8BbtL484hCHk2lDB1R-dYvZA0m_Am2vkZ3OxuJc6chbrPwwT6Tjjs4fmqtI4Zw0oQS8mb_czyEj8Vm5cZxJ1tB2M/s1600/btv1b550094367-4.jpeg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><br /></a><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiYJxARCty6MC4i3kmDbOySmfjYLN8RwXhJzlZQ8tOc0vtVL-DBvhr8BbtL484hCHk2lDB1R-dYvZA0m_Am2vkZ3OxuJc6chbrPwwT6Tjjs4fmqtI4Zw0oQS8mb_czyEj8Vm5cZxJ1tB2M/s1600/btv1b550094367-4.jpeg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><br /></a><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiYJxARCty6MC4i3kmDbOySmfjYLN8RwXhJzlZQ8tOc0vtVL-DBvhr8BbtL484hCHk2lDB1R-dYvZA0m_Am2vkZ3OxuJc6chbrPwwT6Tjjs4fmqtI4Zw0oQS8mb_czyEj8Vm5cZxJ1tB2M/s1600/btv1b550094367-4.jpeg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><br /></a><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiYJxARCty6MC4i3kmDbOySmfjYLN8RwXhJzlZQ8tOc0vtVL-DBvhr8BbtL484hCHk2lDB1R-dYvZA0m_Am2vkZ3OxuJc6chbrPwwT6Tjjs4fmqtI4Zw0oQS8mb_czyEj8Vm5cZxJ1tB2M/s1600/btv1b550094367-4.jpeg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><br /></a><a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiiYJxARCty6MC4i3kmDbOySmfjYLN8RwXhJzlZQ8tOc0vtVL-DBvhr8BbtL484hCHk2lDB1R-dYvZA0m_Am2vkZ3OxuJc6chbrPwwT6Tjjs4fmqtI4Zw0oQS8mb_czyEj8Vm5cZxJ1tB2M/s1600/btv1b550094367-4.jpeg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><br /></a>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-56858531889300949782015-10-12T15:03:00.003+02:002015-10-12T15:05:04.621+02:00Gebedsrol<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjr6hZthWrAGaRBgd4F1t_v7CEKC0u2_8whKxXjf5bIGE77MzvjPUXz4rps5urSt6PRWbQUAZgwGQXCe_FhX9drmTBSgqA2KY736TuGiiGpRD1N_CHRRdTgMoBK4ZFi7FdAdB4-SRYcdbed/s1600/Gebedsrol+Frankfurt.jpg" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="400" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjr6hZthWrAGaRBgd4F1t_v7CEKC0u2_8whKxXjf5bIGE77MzvjPUXz4rps5urSt6PRWbQUAZgwGQXCe_FhX9drmTBSgqA2KY736TuGiiGpRD1N_CHRRdTgMoBK4ZFi7FdAdB4-SRYcdbed/s400/Gebedsrol+Frankfurt.jpg" width="122" /></a>Ik ben gek op rollen: middeleeuwse tekstrollen, wel te verstaan. 'Boekjes' in de vorm van een lange strook perkament (of soms papier, maar die zijn nauwelijks bewaard) met aan de voorzijde, maar soms ook aan beide zijden, tekst. De lezer hoeft geen bladzijden om te slaan maar kan doorlezen door de rol aan de ene zijde af en aan de andere zijde weer op te rollen.<br />
<br />
Een gedegen overzicht van rollen, van vermeldingen in teksten en van afbeeldingen, bestaat niet, en ik zou zomaar willen dat ik in de gelegenheid was zo'n standaardwerk te schrijven. Of dat er ooit van komt, waag ik te betwijfelen, maar in elk geval werk ik aan een artikel met een overzicht van deze tekstdragers. Er zijn diverse rollen online, ook volstrekt onbekende, en ik zal er hier een paar langs laten komen.<br />
Maar voor ik aan de gebedsrol toekom die hier het onderwerp vormt, een rol uit Frankfurt, eerst twee andere bronnen. Rollen worden af en toe vermeld in schriftelijke bronnen. Een heel mooi en overbekend voorbeeld in de Middelnederlandse letterkunde is de vermelding in het zogenaamde Heber-Serrurehandschrift in de UB Gent. Boven een tamelijk korte tekst, die we kennen als excerpt uit de minnerede <i>Vander Feesten</i> staat als opschrift 'Dits uter Rolien vander feesten genomen'. Of rolie hier expliciet verwijst naar een strook perkament, is niet met zekerheid vast te stellen, maar het wijst er toch op dat zo'n relatief korte tekst als een minnerede in die vorm circuleerde.<br />
Afbeeldingen zijn een andere interessante bron. Talrijk zijn de gebedsrolletjes op schilderijen en miniaturen. Een mooi voorbeeld staat ergens in de marge van het getijdenboek van de Meester van Katharina van Kleef in Museum Meermanno te Den Haag (Ms. 10 F 50). Een geestelijke bidt uit een rol. Het is niet de enige bidder die in dit boek is afgebeeld en ook niet de enige gebedsrol.<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiBqGbADf5eIsCs49wo5AcGZlAmDv6wZ1y1RTgXo3yPK-VIaY21PMvcWa9GQxV6DJ5T608jslK1sGYhkngPDzMnE5zxZQ_V0J4JWAhFdSKVpdJazUgQLRS0syqCMva7Ykfug1a7p0fCeRC3/s1600/Bidder+met+rol.jpg" imageanchor="1" style="clear: right; float: right; margin-bottom: 1em; margin-left: 1em;"><img border="0" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiBqGbADf5eIsCs49wo5AcGZlAmDv6wZ1y1RTgXo3yPK-VIaY21PMvcWa9GQxV6DJ5T608jslK1sGYhkngPDzMnE5zxZQ_V0J4JWAhFdSKVpdJazUgQLRS0syqCMva7Ykfug1a7p0fCeRC3/s320/Bidder+met+rol.jpg" width="319" /></a></div>
Maar nu naar de gebedrol die voor onderzoekers van Middelnederlandse gebeden nog vrijwel onbekend moet zijn. In de grote inventarisatie die de BNM biedt, ontbreekt deze bron, al komen verschillende van de gebeden die op deze rol staan, wel in codices voor. De rol, tegenwoordig bewaard in de Universiteitsbibliotheek van Frankfurt (Ms Germ Oct 27), bevat vrijwel uitsluitend Middelnederlandse gebeden, en allemaal in proza (veel rollen blijken juist gebeden op rijm te bevatten). Het is een tamelijk lange rol, 67 centimeter lang, en hij is voorzien van wat eenvoudige decoratie. Vermoedelijk gaat het om een doorsnee rol waarvan er honderden geweest moeten zijn. Rolletjes die intensief gebruikt zijn en daarom zelden bewaard zijn. Dit exemplaar is er gelukkig nog wel. Voor zover ik het nu overzie is een van de twaalf bewaarde gebedsrollen met Middelnederlandse teksten.<br />
<br />
Frankfurt UB Ms Germ Oct 27<br />
Zuidelijke Nederlanden, 15e eeuw<br />
Middelnederlandse gebeden<br />
<br />
Online, met uitvoerige beschrijving: <a href="http://sammlungen.ub.uni-frankfurt.de/msma/content/titleinfo/3663073">http://sammlungen.ub.uni-frankfurt.de/msma/content/titleinfo/3663073</a>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-29361419175332590752015-10-09T16:18:00.002+02:002015-10-09T16:18:33.164+02:00Middelnederlands online<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhVMeI5V9zrFM08IdF0k49E2n9IYdJFt67jEeHs0Ye4IFAmEUBodm-eIKOWw5Emw2f3R3pWNoa1-GBa37knErB4-08pK9qnm5bl032Rm1w71PJtt4oKHj7i1KwjKk4lKejDOdN9a2XbUwaj/s1600/IMG_4560.JPG" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhVMeI5V9zrFM08IdF0k49E2n9IYdJFt67jEeHs0Ye4IFAmEUBodm-eIKOWw5Emw2f3R3pWNoa1-GBa37knErB4-08pK9qnm5bl032Rm1w71PJtt4oKHj7i1KwjKk4lKejDOdN9a2XbUwaj/s320/IMG_4560.JPG" width="218" /></a>Het onderzoek naar middeleeuwse bronnen maakt in toenemende mate gebruik van digitale hulpmiddelen. Gedigitaliseerde bronnen vormen daarbij wel in het bijzonder een hulpmiddel dat de vakbeoefening enorm heeft geholpen en veranderd. Ik herinner me nog hoe we jaren terug blij waren met microfiches van een slecte groep belangrijke bronnen en een enkele facsimile. De facsimile van het handschrift-Van Hulthem was een van de laatste loten aan die stam. Tegenwoordig streven we niet mee naar facsimiles op papier, die kostbaar zijn en toch ook nog altijd beperkt toegankelijk, maar werken we met gedigitaliseerde bronnen. Belangrijke bronnen als het Gruuthusehandschrift en het Comburgse handschrift zijn tegenwoordig online (op Hulthem, dat toch goed gefotografeerd is, moeten we nog wachten: KB Brussel, uuat unbidan uue nu?).<br />
Maar behalve de kanjers, zijn er ook heel veel kleinere en/of minder bekende bronnen online. Veel ervan heb ik de afgelopen jaren wel eens bekeken, maar wekelijks komen er nieuwe bij. Er is, helaas, geen instelling die dat systematisch inventariseert. Omdat ik al heel wat lijstjes heb, begin ik daar dan maar mee, in de vorm van een blog waarin ik afzonderlijke digitale bronnen signaleer, en over een tijdje ook in de vorm van een steeds bij te werken groslijst. Die zou het liefst de vorm van een database moeten hebben zodat er op allerlei manieren gezocht kan worden.<br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEinN8A_lBJGWo7ptMKRhWrCqibFp9BqHqCvcNCA5z1MDQCHwnYqoGA3-RmHH3Rze34ZxoIgEhNCNNbswRagVhGQ2hcGihvJsAn8LQpue5W9kf6xT-XbguKmtwve_37nqUXgNZNfpci_wdlR/s1600/IMG_4561.JPG" imageanchor="1" style="clear: left; float: left; margin-bottom: 1em; margin-right: 1em;"><img border="0" height="320" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEinN8A_lBJGWo7ptMKRhWrCqibFp9BqHqCvcNCA5z1MDQCHwnYqoGA3-RmHH3Rze34ZxoIgEhNCNNbswRagVhGQ2hcGihvJsAn8LQpue5W9kf6xT-XbguKmtwve_37nqUXgNZNfpci_wdlR/s320/IMG_4561.JPG" width="212" /></a></div>
Bij de digitale bronnen zal de nadruk liggen op volledige gedigitaliseerde bronnen, maar ook handschriften (en ook wel vroege drukken) waarvan maar een paar pagina's, vaak die met plaatjes, geïllustreerd zijn, mogen meedoen. Iedere bijdrage geeft in elk geval wat feitelijke informatie, zowel over het handschrift (herkomst, datering, inhoud) als over de beschikbaarheid van een catalogus, editie en al dan niet aanwezigheid in de BNM. En als teaser neem ik uiteraard een of twee plaatjes op in de blog.<br />
Om te beginnen twee afbeeldingen van dekbladen waarop fragmenten van de Martijngedichten van Jacob van Maerlant.<br />
<br />
Cologny, Fondation Bodmer, Cod Bodmer 101<br />
Juvenalis, Satyren<br />
12e eeuw, Italië?<br />
Dekbladen 14e eeuw, Vlaanderen, Martijngedichten, Maerlant<br />
<br />
Zie BNM, uitgegeven door Gruijs & Mertens<br />
<br />
Online, met goede catalogusbeschrijving: <a href="http://www.e-codices.unifr.ch/en/list/one/fmb/cb-0101">http://www.e-codices.unifr.ch/en/list/one/fmb/cb-0101</a><br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-50898929360937756362012-02-12T23:26:00.001+01:002012-02-12T23:26:10.763+01:00Historieliedjes en Gone to Shiloh van Elton JohnOver een paar weken geef ik college over middeleeuwse historieliederen, liedjes over vaak actuele historische gebeurtenissen. Het zijn een soort nieuwsberichten uit de late middeleeuwen. Mensen hoorden over de slag bij Watten, de wederdopers in Münster of de de dood van Maria van Bourgondië als iemand er een liedje over zong. Jaren geleden, toen ik met Dieuwke van der Poel, Hermine Joldersma en Dirk Geirnaert werkte aan de uitgave van het Antwerps Liedboek, nam ik de 'historieliederen' voor mijn rekening, en toen we een lijst maakten met uitleg van veel gebruikte termen, zal ik wel onze definitie van 'historielied' hebben geformuleerd: <span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;">lied waarin over een bepaalde gebeurtenis uit het
(soms recente) verleden verteld wordt, dikwijls met een actueel-politieke of
propagandistische lading.</span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;">Nu ik me opnieuw met die historieliederen bezighoud, vind ik dat er aan die definitie wel wat schort. Het bijzondere van vrijwel al die liedjes is namelijk hun alledaagse inbedding: ze gaan bijna altijd ook over de persoonlijke kant van de geschiedenis. Het liedje over de dood van Maria van Bourgondië verhaalt aandoenlijk over hoe ze afscheid neemt van haar kinderen en geliefden, en veel andere liedjes worden in de mond gelegd van militair voetvolk: dit liedje werd gedicht door een arme landsknecht. De geschiedenis gaat over mensen en wordt persoonlijk verteld, ook vijf eeuwen geleden. Het nieuws van vandaag de dag is evenzeer een verhaal van betrokken vertellers: de ooggetuigen, de met het leger meereizende verslaggever, de vrouwen van Srebrenica. Dat het nieuws van vandaag de dag soms iets te veel een human interestshow lijkt, komt niet omdat nieuws niet persoonlijk verteld zou mogen worden, maar omdat kleine gebeurtenissen wel erg snel tot groot nieuws worden gemaakt.</span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;">Groot nieuws moet juist persoonlijk verteld worden, om het bevattelijk te maken, en grote historische gebeurtenissen komen dichtbij als ze verteld worden als het verhaal van mensen. Een prachtig voorbeeld, dat perfect past binnen mijn verhaal over historieliedjes, is een recent liedje van Elton John - good old, but still going strong - van het album The Union. <i>Gone to Shiloh</i> heet het, en het gaat over een gewone amerikaanse jongen ten tijde van de burgeroorlog, Luther, die naar het slagveld gaat. Over de mensen die hij achterlaat, over de eenzaamheid, het geweld, de wreedheid en de ellende. En verteld in indringende beelden die aan Walt Whitmann doen denken. Een echt historieliedje: eenvoudig, effectief, indringend.</span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;">Ik hoorde het voor het eerst in de 'reguliere' versie, gezongen door Elton John, Leon Russell en Neil Young. Vanavond beluisterde ik een andere versie: prachtig, misschien nog mooier want kaler, met piano, één trommel, door Elton John en </span><span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;">Ray Cooper. Ik denk dat ik mijn studenten zo laat horen wat een historielied is.</span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;"><br /></span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;"><br /></span><br />
<div class="separator" style="clear: both; text-align: center;">
<iframe allowfullscreen='allowfullscreen' webkitallowfullscreen='webkitallowfullscreen' mozallowfullscreen='mozallowfullscreen' width='320' height='266' src='https://www.youtube.com/embed/mhc0OvKvYww?feature=player_embedded' frameborder='0'></iframe></div>
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;"><br /></span><br />
<span class="Apple-style-span" style="font-family: 'Times New Roman'; font-size: 16px;"><br /></span><br />
<!--[if gte mso 9]><xml>
<o:DocumentProperties>
<o:Template>Normal.dotm</o:Template>
<o:Revision>0</o:Revision>
<o:TotalTime>0</o:TotalTime>
<o:Pages>1</o:Pages>
<o:Words>22</o:Words>
<o:Characters>126</o:Characters>
<o:Company>RU Nijmegen</o:Company>
<o:Lines>1</o:Lines>
<o:Paragraphs>1</o:Paragraphs>
<o:CharactersWithSpaces>154</o:CharactersWithSpaces>
<o:Version>12.0</o:Version>
</o:DocumentProperties>
<o:OfficeDocumentSettings>
<o:AllowPNG/>
</o:OfficeDocumentSettings>
</xml><![endif]--><!--[if gte mso 9]><xml>
<w:WordDocument>
<w:Zoom>0</w:Zoom>
<w:TrackMoves>false</w:TrackMoves>
<w:TrackFormatting/>
<w:HyphenationZone>21</w:HyphenationZone>
<w:PunctuationKerning/>
<w:DrawingGridHorizontalSpacing>18 pt</w:DrawingGridHorizontalSpacing>
<w:DrawingGridVerticalSpacing>18 pt</w:DrawingGridVerticalSpacing>
<w:DisplayHorizontalDrawingGridEvery>0</w:DisplayHorizontalDrawingGridEvery>
<w:DisplayVerticalDrawingGridEvery>0</w:DisplayVerticalDrawingGridEvery>
<w:ValidateAgainstSchemas/>
<w:SaveIfXMLInvalid>false</w:SaveIfXMLInvalid>
<w:IgnoreMixedContent>false</w:IgnoreMixedContent>
<w:AlwaysShowPlaceholderText>false</w:AlwaysShowPlaceholderText>
<w:Compatibility>
<w:BreakWrappedTables/>
<w:DontGrowAutofit/>
<w:DontAutofitConstrainedTables/>
<w:DontVertAlignInTxbx/>
</w:Compatibility>
</w:WordDocument>
</xml><![endif]--><!--[if gte mso 9]><xml>
<w:LatentStyles DefLockedState="false" LatentStyleCount="276">
</w:LatentStyles>
</xml><![endif]-->
<!--[if gte mso 10]>
<style>
/* Style Definitions */
table.MsoNormalTable
{mso-style-name:Standaardtabel;
mso-tstyle-rowband-size:0;
mso-tstyle-colband-size:0;
mso-style-noshow:yes;
mso-style-parent:"";
mso-padding-alt:0cm 5.4pt 0cm 5.4pt;
mso-para-margin:0cm;
mso-para-margin-bottom:.0001pt;
mso-pagination:widow-orphan;
font-size:12.0pt;
font-family:"Times New Roman";
mso-ascii-font-family:Cambria;
mso-ascii-theme-font:minor-latin;
mso-fareast-font-family:"Times New Roman";
mso-fareast-theme-font:minor-fareast;
mso-hansi-font-family:Cambria;
mso-hansi-theme-font:minor-latin;
mso-bidi-font-family:"Times New Roman";
mso-bidi-theme-font:minor-bidi;}
</style>
<![endif]-->
<!--StartFragment--><!--EndFragment-->Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-8974926850279624522008-10-19T01:33:00.004+02:002008-10-20T00:16:42.718+02:00Dierenpalleys<a onblur="try {parent.deselectBloggerImageGracefully();} catch(e) {}" href="http://www.let.ru.nl/dierenpalleys"><img style="margin: 0pt 0pt 10px 10px; float: right; cursor: pointer;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiNu6ubgwEYtQ9UyC2AL24bssSQbjXkRAGMzzvW_wSoWLz_K3EVsn9lJYPc8Hs6PlLUxq_da5bGHIdKdwG0qsSipSGWU2tFY0oI7vkYVYNmB1l3mejfn2ok2i-CSyLpAF_dyYnnbt7OL-D8/s320/Boek_001x.jpg" alt="" id="BLOGGER_PHOTO_ID_5258653460725949218" border="0" /></a>In 1520 verscheen bij Jan van Doesborch, drukker te Antwerpen, <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span>, een prachtig geïllustreerde dierenencyclopedie. In drie afdelingen - lopende en kruipende dieren, vliegende dieren en zwemmende dieren - komt de hele fauna langs. Bestaande dieren en fantasiedieren krijgen daarbij een volstrekt gelijkwaardige plaats: de olifant, de mens, de mus en de dolfijn zijn niet belangrijker dan de pigmee, de eenhoorn en de zeemonnik. Het is een geweldige bron, niet alleen omdat zo te zien is wat er in de zestiende eeuw bekend was over echte en verzonnen dieren, maar vooral ook omdat de tekstjes op zichzelf leuk zijn om te lezen. Ze staan bol van nutteloze maar overal inzetbare kennis. Natuurlijk is het volstrekt overbodig om te weten waarom het <span style="font-style: italic;">conincxken</span>, een klein vogeltje (het winterkoninkje?), heet zoals het heet. Toch vergeet je dit nooit meer als je het eenmaal weet: het <span style="font-style: italic;">conincxken</span> vond zichzelf belangrijker dan andere vogels, maar dit werd door de andere vogels betwist. Toen werd besloten dat de vogel die het hoogst kon vliegen zich 'koning' mocht noemen. De arend moest dit wel winnen, en inderdaad vloog hij hoger dan alle andere vogels. Maar dat kleine vogeltje kroop onder de vleugels van de arend, en juist toen deze op het hoogste punt was aangekomen, vloog het kleine vogeltje over hem heen en mocht hij zich, anders dan iedereen verwacht had, de koning van de vogels noemen: hij heet sindsdien het <span style="font-style: italic;">conincxken</span>.<br />Ik ken <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span> eigenlijk pas sinds ik er vorig jaar een afbeelding van aantrof in <span style="font-style: italic;">Het gevleugelde woord</span>, de in 2007 verschenen literatuurgeschiedenis door Herman Pleij. Het eerste dier uit deze encyclopedie waarover ik meer te te weten kwam was de olifant, omdat juist toen een student van mij een scriptie schreef over dat dier. En vervolgens besloot een andere student een scriptie over het hele boek te schrijven. Maar ik heb <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span> pas echt goed leren kennen tijdens een mastercollege dat dit semester plaatsvindt. Wat is een editie, hoe geef je een middeleeuwse tekst uit, wat zijn de nieuwste theorieën over het editeren, maar ook: hoe maken we een mooie uitgave van <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span>?<br />Voor de praktijk van het editeren maken we gebruik van een wiki, een online platform waarin alle deelnemers aan de cursus hun bijdragen leveren. En zo hebben we in zeven weken al een flink deel van deze <a href="http://www.let.ru.nl/dierenpalleys">encyclopedie</a> digitaal ontsloten. Er moet nog veel gebeuren - teksten transcriberen, corrigeren, van commentaar voorzien - maar we zijn verbazingwekkend ver gevorderd. En ondertussen hebben we ons bovendien uitvoerig verdiept in de theorievorming en methodologie van het editeren.<br />We werken online, omdat het de makkelijkste manier is om elkaars werkzaamheden op elkaar af te stemmen. Maar ook omdat de oude letterkunde steeds vaker online te vinden is. Het is de plaats voor omvangrijke diplomatische tekstuitgaven, maar ook de plaats voor mooie facsimiles van oude bronnen. Handschriften en vooral ook oude drukken. De druk van <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span> is in het digitale universum nog niet te vinden, maar de belangrijkste bron, een Latijnse dierenencyclopedie, is dat wel. De <span style="font-style: italic;">Hortus sanitatis</span>, al in de vijftiende eeuw diverse malen gedrukt, is de belangrijkste bron voor de <span style="font-style: italic;">Der dieren palleys</span>. De Bayerische Staatsbibliothek te München heeft er een exemplaar van en gelukkig zijn Duitse bibliotheken voortvarend met het digitaliseren van hun historische bezit - vooralsnog voortvarender dan Nederlandse, maar ook Engelse en Franse bibliotheken. De <a href="http://mdz10.bib-bvb.de/%7Edb/bsb00001981/images/index.html"><span style="font-style: italic;">Hortus sanitatis</span></a> uit München blijkt zomaar toegankelijk, en dus zonder enig probleem te vergelijken met de Nederlands bewerking daarvan. De digitale wereld brengt bewerking en bron moeiteloos bij elkaar. Het enige wat nodig is, is kennis van het Latijn...Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-23073709731883039432008-10-02T17:43:00.005+02:002015-10-11T20:22:55.400+02:00Augustijnken in Heidelberg<a href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjx52J0rSOdWkpOueZ4O-5b7UuOCO3n_MEXW0-8Jv_OklhaLnMFThCvwfrr2uotCrUqq0dqk45nOqxXzMBOcbDKWpAEaUkoXUNVgTAamZn6jU8DIYFByzmkrojwlRp4wlZcDF8i95tA-LoR/s1600-h/Hertog+en+zoon.jpg" onblur="try {parent.deselectBloggerImageGracefully();} catch(e) {}"><img alt="" border="0" id="BLOGGER_PHOTO_ID_5252645580011151778" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjx52J0rSOdWkpOueZ4O-5b7UuOCO3n_MEXW0-8Jv_OklhaLnMFThCvwfrr2uotCrUqq0dqk45nOqxXzMBOcbDKWpAEaUkoXUNVgTAamZn6jU8DIYFByzmkrojwlRp4wlZcDF8i95tA-LoR/s320/Hertog+en+zoon.jpg" style="cursor: pointer; float: left; margin: 0pt 10px 10px 0pt;" /></a><br />
Augustijnken van Dordt, het is een naam die bijna niemand iets zegt. Augustijnken - dat 'van Dordt' wordt tegenwoordig meestal weggelaten - is dan ook wat je met recht een 'minor poet' kunt noemen. Hij leefde in de veertiende eeuw en er zijn nog geen tien teksten van hem bekend. Dat is trouwens nog niet eens zo heel weinig: van de meeste Middelnederlandse auteurs kennen we hooguit twee of drie teksten en er zijn er maar weinig aan wie meer dan tien teksten zijn toe te schrijven. Maar hoe weinig Augustijnken ook schreef, er bestaat eigenlijk geen goede uitgave van zijn werk en er zijn ook nauwelijks studies aan schrijver en oeuvre besteed. Omdat ik overweeg volgend jaar een onderzoekscollege aan Augustijnken te wijden, heb ik de laatste tijd een overzicht proberen te krijgen van alles wat er bewaard is: welke teksten zijn aan hem toegeschreven en in welke handschriften zijn ze bewaard. De aangewezen plek om daarnaar te zoeken is via de onvolprezen <a href="http://bnm.leidenuniv.nl/" target="_blank">Bibliotheca Neerlandica Manuscripta</a> (BNM), die is ondergebracht in de Leidse UB, maar gelukkig ook online te raadplegen is. In dit geval leverde de zoekactie veel treffers op, al was één daarvan teleurstellend. Een gedicht over de hertog van Braunschweig, waarvan geen moderne uitgave bestaat, is alleen overgeleverd in een handschrift waarvan, aldus de BNM, de huidige verblijfplaats onbekend is. Gelukkig bood wat zoekwerk in de papieren wereld een paar dagen later uitkomst. Thomas Klein publiceerde in 1997 (in de Amsterdamer Beiträge zur älteren Germanistik) over 'Augustijns "Herzog von Braunschweig"', en hij wist dat het handschrift tegenwoordig in de Universitätsbibliothek van Heidelberg (Hs. 1012) bewaard wordt. Wie zoekt naar een middeleeuws handschrift heeft geluk als het zich in Heidelberg bevindt: vrijwel de hele collectie duitse handschriften is er digitaal beschikbaar. Gesteund door verschillende fondsen zijn honderden middeleeuwse boeken gescand en vrij te raadplegen. De weg naar de tekst van Augustijnken was dus gauw gevonden. Het <a href="http://digi.ub.uni-heidelberg.de/diglit/heidhs1012" target="_blank">handschrift</a>, waarschijnlijk in Trier gemaakt, bleek mooier dan verwacht. Wie bekend is met de overlevering van Middelnederlandse teksten weet dat teksten als die van Augustijnken doorgaans in de meest eenvoudige boeken te vinden zijn. Maar dit Heidelbergse handschrift is anders: het gedicht beslaat de eerste 23 bladen en is voorzien van twaalf kleurige illustraties die het verhaal doorlopend illustreren. Als je die ziet, de liefdevol geschilderde scènes, krijg je meteen zin werk te maken van deze tekst. Dat onderzoekscollege, volgend jaar, zal er wel komen. En om te beginnen maken we een mooie uitgave van deze tekst.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com1tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-27794312842196055612008-09-21T23:18:00.005+02:002015-10-11T20:30:52.593+02:00Ik gihôrta dhat seggen<span style="font-style: italic;">Beowulf</span> en <span style="font-style: italic;">Hildebrandslied</span>, over mondelinge overlevering en schriftelijk gefixeerde verhalen: het is het onderwerp van een college dat ik geef in het Nijmeegse Honours Programma. Het is de tweede bijeenkomst in een cursus over de middeleeuwen en ik wil 22 studenten met een heel diverse achtergrond proberen te doordringen van de manier waarop literatuur ruim duizend jaar geleden onstond en functioneerde. Literatuur werd voorgedragen en de gebruikelijk manier om literatuur tot je te nemen was door ernaar te luisteren - ten minste als je je in een situatie bevond waarin dat kon: veel van de bewaarde resten zijn waarschijnlijk maar voor een kleine elite toegankelijk geweest, een elite die zich liet voorlezen. In dat college wil ik dus ook laten horen hoe die oude teksten klinken. Nu kan ik ze zelf voorlezen, maar omdat dat bij die oude teksten nog een hele kunst is, ging ik op zoek naar voorgelezen versies. Van beide teksten blijken er wel een aantal te vinden, sommige op cd, andere ook via het web te beluisteren. En bij die zoektocht stuitte ik op de website van de afdeling Mediävistik van het Deutsches Seminar van de universiteit Tübingen. Het bevat naast heel wat praktische info over de opleiding een pagina met Leseproben, tekstfragmenten van Oud- en Middelhoogduitse literatuur. En daar trof ik het Hildebrandslied, althans dat wat er van bewaard is: 68 indrukwekkende verzen over een vader en zijn zoon, die elkaar na jaren weer ontmoeten; gedreven door trots en achterdocht gaat de zoon de strijd aan met zijn vader, wat hij met de dood bekoopt. De Tübingse site bevat een foto van het handschrift, die <a href="http://literatuurgeschiedenis.nl/lg/middeleeuwen/tekst/lgme016.html" target="_blank">elders</a> beter te bekijken valt, en de tekst van het bewaarde fragment. Het mooiste zijn de Sound-files met de voorgelezen tekst. Burghart Wachinger, emeritus hoogleraar van de Tübingse universiteit, leest alle 68 verzen mooi en ingetogen voor. En de 1200 jaar oude tekst klinkt indrukwekkend. Luister eens naar het begin: <a href="http://www.alt.germ.uni-tuebingen.de/abteilungen/mediaevistik/Materialien/Leseproben/Hildebrandslied.html" target="_blank">Ik gihôrta dhat seggen,</a> / dhat sih urhêttun ænon muotîn, / Hiltibrant enti Hadhubrant untar heriun tuêm.<br />
<br />
Oude teksten zijn niet in de eerste plaats bedoeld om te lezen, maar om naar te luisteren. Daarover ging het ook ruim een week geleden toen ik met eerstejaarsstudenten over het slot van de <span style="font-style: italic;">Brandaan</span> sprak. 'Eigenlijk zou je zo'n tekst op je iPod moeten beluisteren en niet achter je bureau (of in de trein op weg naar college) moeten lezen,' constateerden we daar. En het zette me aan het denken. Moeten wij, die prachtig kunnen vertellen over performatieve aspecten van de literatuur, over medialiteit, over sporen in de tekst die op voordracht wijzen of voorkomen uit mondelinge overlevering, niet veel vaker teksten laten beluisteren in plaats van ze te laten lezen? Ik wil het lezen van teksten, ook van de <span style="font-style: italic;">Reis van sint Brandaan</span>, natuurlijk niet afschaffen. Aandachtige studie van de tekst hoort van oudsher bij het onderwijs en onderzoek van literatuur. Maar wat gebeurt er bij het beluisteren van die teksten? Hoe nemen studenten zo'n tekst tot zich als ze tussen Venlo en Nijmegen de proloog van de Reinaert op de oren hebben? En zou het de onderzoeker tot nieuwe inzichten brengen? Wie een toneelstuk bekijkt ontdekt elementen die de lezer nooit op het spoor komt. En wie een historische lokatie bezoekt, begrijpt ineens waarop juist daar een kasteel werd gebouwd. Zou het bij het luisteren naar literatuur niet eender zijn?<br />
<br />
Wat mij betreft maken we er werk van: nemen we een paar van onze mooiste en belangrijkste teksten op - deels in de oorspronkelijke taal, maar deels ook in moderne vertalingen. Hoe aanstekelijk dat kan zijn, laten de Tübingse medievisten horen. En het valt ook te beluisteren aan de fragmenten die eertijds zijn opgenomen voor www.literatuurgeschiedenis.nl en die nu mooi bij elkaar zijn geplaatst in <a href="http://www.stemmenopschrift.nl/">www.stemmenopschrift.nl</a>. De <a href="http://www.stemmenopschrift.nl/audio.aspx?id=4">26 verzen uit de Reinaert</a>, voorgelezen door Frank Willaert, maken nieuwsgierig naar de complete Reinaert-in-voordracht. wat unbidan we nu?Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-71358942869132609082008-03-31T10:17:00.005+02:002008-09-22T10:20:23.453+02:00Den loen des aerbeits - Het plateau (1)Een handschriftje uit de Koninklijke Bibliotheek te Brussel (Hs. II 270), dat in de loop der tijden steeds verder is aangegroeid, was in aanleg een verzameling met vooral Brugse gedichten (later is het uitgebreid met Antwerpse gedichten, bij voorbeeld van Anna Bijns, en nog weer later samengevoegd met een liedboekje uit Holland). Het in oorsprong Brugse boekje is rond 1490 gemaakt en bevat naast oudere gedichten, heel wat rederijkersgedichten uit de tijd van Anthonis de Roovere. Een daarvan is het anonieme gedicht dat hieronder staat. Het verhaalt over de schuld waarmee Adam de mensheid heeft opgezadeld. Wij moeten daarom werken om ons brood te verdienen. Maar dat werk, dat zwaar is en niet zonder pijn tot stand komt, geeft voldoening omdat het uiteindelijk beloond zal worden: <span style="FONT-STYLE: italic">den loen des aerbeits valt zoet int ende</span>. Het leuke van dit gedicht is dat er allerlei voorbeelden uit het dagelijkse leven worden gegeven, en dat er in elk geval gedoeld lijkt te worden op de voldoening die iedereen kent: na een lastige klus heb je des te meer voldoening als het werk gedaan is. Maar uiteindelijk gaat het die middeleeuwse dichter natuurlijk over iets anders. De zoete beloning die ons aan het einde te wachten staat kan niet anders zijn dan de hemel.<br /><span style="font-size:78%;">[het gedicht staat op fol. 58v-59r in hs. Brussel KB II 270; ik heb het al eens eerder, in eigen beheer uitgegeven, in een boekje dat verscheen bij de gelegenheid van mijn promotie in 1995]</span><br /><br />Adaems mesdaet, die hij mesdede,<br />Heeft onzen staet in tsweerelts stede<br />Ghestelt dat aerbeit es ons leven,<br />Want den ontfanc die hij ontfinc<br />Was zonder lanc, maer zonderlinc<br />Hij brackene, dies wij alle sneven.<br />Paeus, keyser, cueninc, hertoghe verheven,<br />Gheestelic, weerlic, besloten, begheven,<br />Tmoet al aerbeiden, ziende ende blende.<br />Dit es ons van oorven bleven.<br />Maer ons es teenen trooste ghegheven<br />Van hem, die puer de waerheit kende:<br />Den loen des aerbeits valt zoet int ende.<br /><br />Duer desen noot es ons van noden<br />Als dat wij bloot zonder verbloden<br />Vroom in duechdelic aerbeit pinen,<br />Want zulctaen werc als wij hier werken,<br />Gods ooghemerc caent al bemercken,<br />Ende al zulc loen zal ons bescinen.<br />Ten baten saertrusen noch celestinen<br />Noch ander abijten, nonnen, baghinen;<br />Dwerc moet hem toghen hoement beglende.<br />Ghelijc als tgaut voor dander minen<br />Den gheest verblijt in bursen, in scrinen,<br />Also verblijt dueght, want hoement wende:<br />Den loen des aerbeits valt zoet int ende.<br /><br />Tooghste ghewin wil elc ghewinnen,<br />Wat mueghen wij min dan wij beminnen,<br />Den aerbeit die thoogste goet bejaeght?<br />Want al tlabuer dat wij labueren,<br />Eist zoet, eist zuer datwij besueren,<br />Dats om te commene daert eewich daecht.<br />Wel hem die zulke begherte draecht<br />Dat hem rechtverdich labuer behaeght,<br />Sijn loen wert alre vruechden bende,<br />Al eist dat wilen de weerelt plaeght.<br />God loen den man, der vrauwe, der maeght,<br />Dat zeight de ziele met bliden ghenende:<br />Den loen des aerbeits valt zoet int ende.<br /><br />Prinse, liefs troest caent therte vertroesten,<br />Ghien liever roost machmen hem roosten.<br />Ooc ghelt verlicht tsaerbeiders moede leden,<br />Tspeilgrijns ghequel rust al dat qual,<br />Als hij hem wel vint opten wal<br />Sijns eyghins bedde, hij es te vreden.<br />De ziele verblijt in ghesondicheden.<br />De vrauwe vergheit tsaerbeits ellende<br />Als zoo tkint hoort ghesont beneden,<br />Dus mach ic wel zegghen in vrayer legende:<br />Den loen des aerbeits valt zoet int ende.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-35005411065372587082008-03-31T09:19:00.005+02:002008-03-31T21:38:26.441+02:00Het plateau (vooraf)<div>De Middelnederlandse literatuur, daarvan is toch wel zo ongeveer alles bekend? Maar al te vaak krijg ik, ook van collega-neerlandici die van de hedendaagse literatuur hun vak hebben gemaakt, een dergelijke vraag. De veronderstelling die hieruit spreekt is dat ik me bezighoud met een overzichtelijk afgebakend corpus aan teksten waar nooit iets nieuws bijkomt en dat inmiddels goed bekend zou moeten zijn en dus zo langzamerhand ook grondig bestudeerd zou kunnen zijn. Maar die overzichtelijkheid is minder groot dan velen denken: er zijn meer bronnen dan één mens tijdens zijn leven kan overzien, er zijn ontelbaar vele teksten en vaak in verschillende versies, en het corpus is niet afgesloten. Uiteraard worden er geen middeleeuwse teksten meer geschreven, maar ze worden nog wel ontdekt. Onlangs berichtten alle media over perkamenten rollen met totaal onbekende fragmenten in het archief van Mechelen. Remco Sleiderink gaf terecht aan dat alleen al die vondst zo rijk is dat een onderzoeker er vele jaren voor nodig heeft om de portee ervan te vatten.<br />Nieuwe vondsten, maar ook teksten die wel al bekend waren maar nog nooit zijn uitgegeven (of hooguit in eigen beheer), krijgen een plaats in 'Het plateau', een regelmatig bij te houden onderdeel van Histlit-nl. Veel ervan ben ik op het spoor gekomen bij het werken in tientallen bibliotheken, andere duiken op bij het zoeken in web-resources. Soms bestaat een bijdrage enkel uit de publicatie van een tekstje met verantwoording van de herkomst, regelmatig zal de tekst van enige toelichting worden voorzien (zoals ook reeds gepubliceerde teksten naderhand nog weer toegelicht kunnen worden). Een plateau is volgens de Van Dale 'een bord, plaat waarop juwelen, gouden sieraden enz. geëtaleerd worden'. Maar 'het plateau' verwijst ook naar 'het plateau van Langres', de hoogvlakte in de Haute Marne waar Seine, Marne en Maas ontspringen. 'Het plateau' is de plek waar bronnen te vinden zijn en waar de schatten die deze bevatten tentoon worden gesteld.</div>Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-33818918845745414702008-03-27T14:22:00.006+01:002008-03-31T18:51:35.134+02:00Claus en UilenspiegelVorige week woensdag, terwijl de Vlaamse dichter Paul Bogaert zijn <span style="font-style: italic;">Defence of poetry</span> juist besloot, las een Vlaamse collega zijn sms'jes en zei geschokt: Claus is dood. De blik op zijn gezicht kwam telkens weer in mijn herinnering, de afgelopen week, bij het lezen van die vele artikelen en het bekijken van al die televisieprogramma's. Het verschil tussen Nederland en Vlaanderen was daarbij opvallend. In de Nederlandse media was het een belangrijke gebeurtenis waarover op een uitgebreide en waardige manier werd bericht. Maar in Vlaanderen ging het over iets anders: ging het over het verlies van een schrijver die ten diepste de identiteit van velen had bepaald. In al zijn grilligheid, in al zijn grootsheid, in die combinatie van gulheid en inzichzelfgekeerdheid, in die worsteling met de eigen taal, de eigen geschiedenis die bij Claus van worsteling tot subliem spel is getransformeerd. En telkens als het daarover ging moest ik weer denken aan die geschokte blik.<br />Nog dezelfde dag heb ik wat lacunes in mijn boekenkast aangevuld. Een daarvan lijkt misschien vreemd: het toneelstuk <span style="font-style: italic;">De legende en de heldhaftige, vrolijke en roemrijke avonturen van Uilenspiegel en van Lamme Goedzak in Vlaanderen en elders</span>. Claus schreef het in 1965 ter gelegenheid van het 78e lustrum van de Leidse universiteit. Het stuk is niet vaak herdrukt en kreeg weinig aandacht. Dat ik het meteen aanschafte komt omdat ik me voorbereid op twee colleges over Tijl Uilenspiegel en de vele bewerkingen daarvan. Claus' bewerking ontbrak nog, maar inmiddels ligt ze voor me. Ik ben beginnen te lezen, maar kon het niet laten alvast de laatste bladzijde op te slaan. 'Wij slapen, maar sterven doen wij niet! Kom, Nele, kom' zijn Uilenspiegels laatste woorden terwijl de verteller hem nakijkt en samen met zijn lief ziet verdwijnen. En de verteller besluit: 'Hij ging met haar heen en zong zijn zesde lied! Maar niemand weet waar hij zijn laatste zingen zal.'<br />Zo verdween ook Claus, nog niet begonnen aan zijn laatste lied.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-47363619025927846912007-10-22T23:29:00.000+02:002008-12-13T08:05:15.401+01:00Droefenis - Melencolia I<a onblur="try {parent.deselectBloggerImageGracefully();} catch(e) {}" href="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhDmVhK0hR24pXjLrXad866pFZFSfQpOzv2kai6JrHDTrwI3APe18_wCTJhtw2O46TZwFeQGloTjTEurAQCKvaIrh1XjJ-S51kWLfh76RiinkjmJUNMDB1BMQRbFiTCJ-Jnrl4qKWjm2wRA/s1600-h/screenshot_02.jpg"><img style="margin: 0pt 10px 10px 0pt; float: left; cursor: pointer;" src="https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhDmVhK0hR24pXjLrXad866pFZFSfQpOzv2kai6JrHDTrwI3APe18_wCTJhtw2O46TZwFeQGloTjTEurAQCKvaIrh1XjJ-S51kWLfh76RiinkjmJUNMDB1BMQRbFiTCJ-Jnrl4qKWjm2wRA/s320/screenshot_02.jpg" alt="" id="BLOGGER_PHOTO_ID_5124286209132943698" border="0" /></a>Vrijdag overleed Wolkers: breekbaar, op, bijna doorzichtig. De prachtige foto van de oude kunstenaar, een paar weken geleden in M, bijlage van NRC Handelsblad, liet het heel mooi zien. En vanavond, na een schitterende herfstmiddag wandelen in de heuvels, zie ik het journaal: brand in Amersfoort, het Armandomuseum is verwoest inclusief alle kunst die er te zien was. Grote doeken van Armando, sculptuur, en werk van anderen, uitgeleend aan het museum voor een tentoonstelling. Nieuws en Een Vandaag berichtten tenenkrommend over de rampspoed: wat kost dit nu? waren er geen voorzieningen om deze brand te voorkomen? wilde de kunstenaar nog gaan kijken op de plek des onheils? Het leken vragen van journalisten die kennelijk geen benul van kunst hebben en het verlies ervan alleen in financiële termen kunnen uitdrukken. Die hun vak lijken op te vatten als betaald ramptoerisme en zich er geen voorstelling van kunnen maken dat wie echt om de kunst geeft geen smeulende resten hoeft te zien. We zagen daardoor een uitslaande brand, rennende reporters maar geen beeld van de verloren werken. Alleen in een kort item in Een Vandaag, waar Armando zich de meest stompzinnige vragen moest laten welgevallen, zagen we iets van wat verloren is omdat de meester zelf bladerde in de catalogus van de wreed afgebroken tentoonstelling.<img src="file:///Users/johanoosterman/Desktop/screenshot_02.jpg" alt="" /><br />En daar zag ik de nu verbrande prenten van Dürer - waarvan eeuwen terug diverse exemplaren zijn afgedrukt zodat er ook nu nog wel een paar over zijn, al is het verlies van iedere vijfhonderd jaar oude prent een kleine ramp. Rechts op een pagina: Melencolia I, een van Dürers beroemdste prenten en voor mij een oude bekende. De verbeelding van het temperament waarmee ik me sinds lange jaren af en toe bezighoud. Een oude bekende, maar wel in een heel navrant kader. Kwetsbaar - 'Ach wie flüchtig, ach wie nichtig' zong de grote Bach - en vervlogen.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-6501210341929884623.post-20132188503658522242007-09-30T23:27:00.000+02:002015-10-11T20:34:38.739+02:00www.mmdc.nl (alle middeleeuwse handschriften in Nederland)Sinds ruim een week is de website <a href="http://www.mmdc.nl/">www.mmdc.nl</a> online. Mooi nieuws voor iedereen die geïnteresseerd is in de middeleeuwen en in middeleeuwse handschriften in het bijzonder. Een paar grote bibliotheken, waaronder de Koninklijke Bibliotheek en belangrijke universiteitsbibliotheken zoals die van Leiden, Amsterdam, Groningen en Utrecht hebben samengewerkt in een project (flink gesteund door NWO) om alle middeleeuwse handschriften in (min of meer) openbare collecties in Nederland in kaart te brengen. Zo'n site is als een speelgoedwinkel voor een kind: er is zoveel te zien - niet alleen zijn de handschriftbeschrijvingen voorzien van veel interessante gegevens, bovendien bevatten ze vaak mooie afbeeldingen van de beschreven handschriften. En wat een rijkdom, zowel in bekende collecties als op nauwelijks bekende plaatsen. En als voorbeelden van die laatste categorie: het museum Simon van der Gijn in Dordrecht, het Drents Museum in Assen, de Wilhelmieten in Huijbergen, de R.K. Parochie Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming in Kampen (ja, daar!). De lijst met grote en kleine collecties lijkt uitputtend, en dat is ook wat de toelichting op de website belooft: "This database contains descriptions of all medieval western manuscripts written in Latin script and produced up to c. 1550 now preserved in public and semi-public collections in the Netherlands." Alle middeleeuwse westerse handschriften van voor 1550, staat er. Maar klopt dat wel? Als je, zoals ik, door heel Nederland en daarbuiten gezocht hebt naar handschriften met gebeden, met liederen en van lieverlee naar nog veel meer, wil je natuurlijk eerst eens zien hoe al die boeken die je ooit zelf hebt gezien, zijn beschreven. Maar niet alles bleek te vinden: de boeken uit het klooster van de Norbertijnen in Heeswijk-Dinther ontbreken, een handschriftje uit het Stadsarchief in Purmerend trof ik niet. Misschien zijn de collecties ondertussen opgeheven, denk je dan. Maar ook het Rijksarchief van Maastricht, dat tientallen middeleeuwse handschriften bewaart, bleek te ontbreken. Maar waarom? Staat er misschien ergens een verborgen disclaimer op de site? Niet kunnen vinden! Horen Brabant en Limburg er niet helemaal bij? Lijkt me onwaarschijnlijk. Domweg vergeten? Dat verwacht je toch niet van een dergelijk project. Maar wat dan wel? Misschien is het antwoord te vinden op de site van de universiteitsbibliotheek Leiden. Daar zijn ze, begrijpelijk, apetrots: door dit project blijkt maar al te dudelijk dat Leiden de grootste collectie middeleeuwse handschriften in Nederland heeft: meer dan 1500, dat wil zeggen een kwart van het totale bezit in Nederland. En de Leidse site weet het volgende te melden: "MMDC zal in de komende maanden gekoppeld worden aan Bibliotheca Neerlandica Manuscripta (BNM), het documentatiesysteem voor Middelnederlandse handschriften." En in de<a href="http://bnm.leidenuniv.nl/" target="_blank"> BNM</a> blijken die door mij gemiste handschriften wél voor te komen. Zou MMDC simpelweg vergeten zijn te melden dat het bestand nog incompleet is, in afwachting van de koppeling aan de BNM? Ik hoop het maar. En meteen hoop ik, nee, reken ik erop, dat na die koppeling ook de nieuw toegevoegde beschrijvingen even uitvoerig zijn als de al bestaande. Want alles is alles. En wie mij beschrijvingen van alle middeleeuwse handschriften in Nederland belooft, moet zich daar dan ook maar aan houden.Johan Oostermanhttp://www.blogger.com/profile/02140680187553045738noreply@blogger.com0