zondag 3 mei 2020

Gelderse tweeëntwintigstedentocht: Gendt, 20 april

Tweeëntwintig Gelderse steden sloten zich in 1418 aan bij het verbond tegen hun hertog. Zij behoorden tot de zegelaars van de zogenaamde verbondsbrief. In mijn onderzoek naar Maria van Gelre en haar tijd, speelt die Verbondsbrief een belangrijke rol. De onderhandelingen die erop volgden, werden gevoerd door Maria, niet door de hertog. Toen in oktober 1419 het hof met een officiële brief antwoordde, was deze voorzien van het zegel van de hertogin, niet dat van de hertog: een heel ongebruikelijke omstandigheid.
Toren en koor van de middeleeuwse kerk te Gendt
Die tweeëntwintig steden waren verdeeld over het hele hertogdom: van Hattem in het noorden tot het piepkleine Nieuwstadt in het zuiden, en van het westelijk gelegen Zaltbommel tot Groenlo in het oosten. In de zomer van 2019 had ik veel van die steden bezocht, de meeste tijdens mijn fietstochten in de ruime omgeving van Nijmegen. Ik zou ze allemaal moeten aandoen, eerst maar eens tijdens afzonderlijke tochten, en misschien uiteindelijk in een grote meerdaagse rondrit langs al die steden: de Gelderse tweeëntwintigstedentocht. In 2020 zou ik dan die afzonderlijke tochten maken, een jaar later, als het allemaal zou lukken, de grote ronde: zo’n 700 kilometer vanuit Nijmegen naar Goch, Geldern, Erkelenz, Nieuwstadt, Roermond, Venlo, Grave, Maasbommel, Zaltbommel, Tiel, Wageningen, Harderwijk, Elburg, Hattem, Zutphen, Lochem, Groenlo, Doetinchem, Doesburg, Arnhem en Gendt om weer te eindigen in Nijmegen. Eind 2019 zegde ik toe in de zomer een blog te schrijven voor het Verhaal van Gelderland over die afzonderlijke tochten die ik in voorjaar en vroege zomer van 2020 wilde maken. Maar toen kwam de Corona-quarantaine. Fietsen is nog wel mogelijk, maar al die steden zou niet lukken. En toch ben ik maar begonnen. Ik schrijf de komende tijd stukken over de tochten die ik wél maak, en als het meezit lukt me toch wel voor het einde van dit jaar alle tweeëntwintig steden aan te doen. Daarbij sta ik mezelf dan wel toe, als het weer kan, af en toe de trein te pakken – vanuit Nijmegen naar Nieuwstadt op de fiets en dan de trein terug – of te overnachten en dan verder te trekken.
Woontoren van het voormalige kasteel Poelwijk te Gendt
Vandaag ben ik begonnen met een korte rit naar het stadje dat het dichtst bij Nijmegen ligt: Gendt. Vrijwel niemand die Gendt bezoekt zal denken dat dit een stad is en uit de middeleeuwen is er maar weinig over: een kerk waarvan alleen de toren en het koor nog resteren, en een voormalig kasteel, Poelwijk, waarvan enkel de woontoren nog over is. Ook in 1418 was het maar een heel klein stadje met hooguit duizend inwoners. Onder de steden van het kwartier van Nijmegen, een van de delen van het hertogdom Gelre, wordt het als laatste genoemd. Toch kende Gendt al een lange geschiedenis.
Boekenlijstje van Gerward van Gent. Handschrift Vaticaan, Biblioteca Apostolica Vaticana, Pal. lat. 1877 
In de tijd waarin Karel de Grote meer dan eens in Nijmegen resideerde, had Gendt al een versterkte burcht. Enkele decennia later moet Gerward van Gendt daar geleefd hebben. Hij behoorde tot de entourage van Lodewijk de Vrome, de zoon en opvolger van Karel, en was vermoedelijk diens bibliothecaris. Gerward reisde door heel Europa, en was in het midden van de negende eeuw monnik van het klooster Lorsch in Zuid-Duitsland. Toen in 860 aan de catalogus van de bibliotheek van dat klooster werd gewerkt, werd melding gemaakt van twintig boeken die recent aan de collectie waren toegevoegd. Het betrof boeken die afkomstig waren uit Gerwards privébibliotheek, die zich nog te Gendt bevond. Kort na zijn overlijden moet er iemand naar Gendt zijn gestuurd, zo blijkt uit een aantekening in de catalogus van Lorsch: Hos libros repperimus in Gannetias, quos Geruuardus ibidem reliquit et ab inde huc illos transtulimus, “Deze boeken hebben wij aangetroffen te Gendt, welke Gerward daar achterliet en die wij vandaar hier naartoe hebben gebracht”. Gerwards twintig boeken, vormen de oudste bibliotheek uit Nederland waarvan bekend is uit welke boeken hij bestond (en waarover veel meer te schrijven valt).
Informatie over Gerward ontleend aan R.M. Kemperink, Gerward van Gendt. Eerste helft 9de eeuw-, Keizerlijk bibliothecarius en Monnik, in: Biografisch Woordenboek van Gelderland.

Geen opmerkingen: